BLENDEN LAYEREN AVANT LA LETTRE
KWALITEIT & LIEFDE VOOR HET VAK

‘Die geur; dat is hoe liefde ruikt. Zou het flesje niet willen inruilen voor een vriendin’. Klinkt nogal al heftig. Moet wel gezegd: de schrijver van dit appje (afgelopen donderdag verstuurd) is net gestopt met een relatie, en omschrijft haar als ‘mijn huidige ex’.
Maar toch. Zo hoort het. Zo kun je geur ook ondergaan, beschrijven: niet als clichéverzameling van kreten en marketing-gewauwel die je hebt van horen en zeggen, en vaak te horen is op YouTube-geurrecensies. Wél als een mengeling van verschillende emoties die je ondergaat terwijl je een geur in je ‘opneemt’.
Over welke geur hebben we het in dit geval? Héritage van Guerlain (1992). Over welke persoon hebben we het? Nou, over een van mijn beste vrienden, die – moet gezegd – een heel bijzondere relatie met parfum heeft. Stel je hem er een voor, dan vindt er een – vind het woord verschrikkelijk, want uit zijn verband gerukt en te veel en te vaak gebruikt – ritueel plaats. Hij sprayt de geur op zijn pols, brengt die naar zijn neus, inhaleert en sluit zijn ogen. Vervolgens mag ik een tijdje niets zeggen. Stilte vereist.
En dan gebeurt het: hij geeft zijn mening… ‘Auf Flüglen des Gesanges’ (copyright Heinrich Heine). Als hij het niets vindt; dat ruikt hij direct, zo’n geur krijgt niet eens de kans om zijn polsen te ‘bevochtigen’. Zo zei hij onlangs over een als kerstcadeau gekregen (een mij onbekende) Hugo Boss: ‘Zelfs onwaardig was als wc-verfrisser. Uitroepteken!’
De Héritage-flacon (voor nog maar een vierde gevuld) was honderd procent vintage dus niet hergeformuleerd en afkomstig uit de nalatenschap van de recent overleden moeder van een vriendin van me (waarover een andere keer meer; ik heb parfumrestanten gekregen). Ik rook hem ook nog een paar keer op de fiets (in de ‘nalatenschap’ zaten ook nog twee monsters van de geur in minivorm van de originele flacon) op weg naar hem, en genoot weer met volle teugen.
Héritage is echt classic Guerlain. Je ruikt eerst de zalig-zonnige klassieke bergamotopening, dan komt er een onbestemde kruidige noot naar boven – een mengeling van tijm, salie en rozemarijn; althans zo lijkt het – ‘gedroogd’ door wierook plus een peperige noot. Vervolgens daalt de geur in en kom je terecht in een zalig-zoete zalvende amberbasis die na verloop van tijd poederig, maar niet tuttig wordt. Het donkere bos-gevoel bij een ondergaande zon blijft bestaan. Het gemoed: volle tevredenheid omdat je kwaliteit en liefde voor het vak ruikt – een steeds zelden wordende ‘deugd’.
Ik las ooit op het uit de lucht gehaalde www.monsieurguerlain.com dat Jean-Paul Guerlain Héritage had samengesteld uit een combinatie van zijn geliefdste Guerlain-klassiekkers, als met het spelen met het legendarische parfum-repertoire van het huis. Blenden van bestaande geuren was toen een originele gedachte en werd (ook nu nog) als heiligschennis gezien; en ik heb er mijn eigen huis aan te danken; le bienaimé – ik heropen hem binnenkort met een serie Eaubades, maar dat terzijde, maar we houden u op de hoogte. En niche moest nog uitgevonden worden.



Jean-Paul Guerlain heeft gelijk met zijn Héritage. Toch blijft het een soort van wishful thinking/smelling: als je wilt ruikt je het allemaal. De lavendelnoot van Jicky. De hesperide-prikkeling én gulle warmte van Habit Rouge. Zelfs een whiff van de kruidigheid van Derby. En – als het dan echt moet – ook een back to the future-idee, want in het Arsène Lupin-duo uit 2010 (niet de Netflex-serie) ruik je ook echo’s van de klassieke Guerlain-signatuur.
Maar het allermooiste aan Héritage, is dat je toch een time warp maakt – ‘toe opa vertel nog eens’ – het is de tijd van de opkomst van de nieuwe zakenman, die strak in het pak van Armani de helikopter pakt, maar thuis in zijn tweede huis dans la campagne zich pas echt thuis, comfortabel voelt. En dat gevoel van hout, bos, warmte ruik je allemaal in deze geur, toen een prestigegeur eigenlijk niche was. Daar is niets ‘toe opa vertel nog eens’-ouderwets aan, want deze kruidig-aromatische versiertoer doet vertrouwelijk aan, die heel veel mannen en vrouwen en, nou vooruit, ‘in betweeners’ nog steeds aangenaam zullen vinden. By the way: nog steeds te koop.








Is de Replica-lijn niche? Inhoudelijk zeg ik masstige – een samentrekking van mass en niche. Want ook te koop bij de ketenparfumerie. Qua invulling zeer zeker, zij het dat het nu wel voorspelbaar aan het worden is. Maar toch: mag ook wel (nog) een keer worden geschreven: Maison Margiela is een van de eersten die het de in übernichekringen ontstane storytelling – denk Serge Lutens, denk Comme des Garçons- naar een breder, toegankelijker horizon heeft geplaatst.
Bij storytelling ligt het iets ‘moeilijker’, wordt iets meer fantasie toegevoegd en dus meer gevraagd van de koper die, dat dan weer wel, juist op zoek is naar iets anders, minder mainstream.
Feit blijft dat de Replica-serie een slimme manier is om populaire geurconcepten te verpakken op een andere, meer belevende, storytelling manier. Neem Under the Lemon Trees (het verhaal is grappig genoeg heel summier; de naam zegt bijna alles behalve de geografische aanduiding).

Die persberichtschrijvers op de hoofdkantoren van de luxe merken toch. Die verliezen zichzelf steeds meer in lyriek en quasi literaire omschrijvingen. Alsof ze dingen naar de Pullitzer Prijs terwijl bij – ook vluchtige – analyse slechts met één speldenprik… Die van Etro kan er ook wat van: ‘De samensmelting van landen en culturen vormt de basis voor een verrassend esthetisch parfum dat volledig trouw is aan zichzelf’. Ik bedoel: klinkt indrukwekkend maar tegelijkertijd zeg je niets. En hoe kan een parfum ‘dat nog maar net komt kijken’ trouw aan zichzelf zijn. Het is toch geen levende entiteit met een ziel die kan reflecteren?


Tis me ook wat. Word je toch maar even met je onderscheidende, door velen gewaardeerde neus op de feiten gedrukt. Ik wou dus Guilty Absolute Pour Femme vers van de pers ruiken, ik dus Gucci mailen met vriendelijke, edoch dringende verzoek: ‘Waar blijft-ie?’ Krijg antwoord, per direct dat wel: ‘We mogen de geur alleen sturen naar een paar influencers die ‘Gucci FH’ selecteert’. Wat the f*ck betekent FH? Forgotten Hope, Full House, Future Husband, F*cking Hell of iets in de zin van ‘business and institutions?
Kreeg’m uiteindelijk begin deze week persoonlijk overhandigd. En de geur stelt niet teleur. De opening: een explosie van rood fruit. Ben zelf niet zo’n zoetekauw, maar moet gezegd: in Guilty Absolute Pour Femme is die heerlijk en dat komt omdat het effect, zoals Gucci terecht opmerkt, ‘puur, sappig en succulent’ is én je op de achtergrond al een hint ruikt van de donkere basis.
En ik er maar altijd van uitgaan dat Laura Biagiotti – ken je haar nog die knitwearkoningin uit bella Italia of was ze nu de queen of cashmere? Kweetunietmeer – na Venezia (1992) en Roma (1988) wel een keer op de proppen zou komen met Milano of op zijn minst Florence (die zij natuurlijk op z’n Italiaans had geschreven gewoon omdat ‘we’ dat over het algemeen chiquer vinden). Als ze (of de marketingafdeling) slim was geweest had ze zich heel Italië geurgeografisch toegeëigend en dus getrademarket, was ze de concurrentie met hun honderden naar al die in de Middellandse ronddrijvende pittoreske eilandjes ruikende geurtjes vóór geweest.
Laura Biagiotti is een goed voorbeeld dat je het als merk met heel veel inzet max twintig jaar uithoudt. De weg naar vergetelheid/niet meer serieus worden genomen gaat nog sneller als marketing het helemaal van de oprichter overneemt – wie kent nu nog Guy Laroche, Ted(je) Lapidus. Laroche? Lapidus? Wie of eerder wat is dat inmiddels voor een nieuwe generatie.
Ondertussen in Florence ‘gaat de zon onder met een laatste explosie van karmozijn en goud. Als zij de tuin vol delicate geuren inloopt, lijkt die haar te volgen – het verlicht het pad dat ze betreedt. De door de nacht versterkte geuren van de natuur strelen haar fluwelen huid en ravenzwarte haar…’.
Maar waar zijn de bloemen in de geur die een stad eert met een ‘bloemrijke’ geschiedenis – ik meen een lichte hint van witte bloemen te bespeuren. Eigenlijk is Florence als een stroom, een glijden van fruitige en zoete nuances die in de basis wordt verwarmd door amber, ‘bepoederd’ door musk en geschraagd door patchoeli (die je pas later op de huid iets van zijn ware karakter laat zien: een lichte, kamferachtige noot). Beetje braaf voor mijn gevoel, beetje onbestemd, beetje te weining Cavalli-overdaad.
Als je als modeliefhebber vindt dat ‘your own initials are enough’ en je houdt van understated, ‘labelloze’ chic dan moet je volgens Tomas Maier – hij preekt voor eigen parochie gezien zijn creatieve directeurschap bij het Italiaanse luxemerk – je kleding en accessoires kopen bij… Bottega Veneta.
Alle smartsmalltalk op een stokje: ik moet bij Knot Eau Absolue ‘constant’ aan denken Guerlain. Want gul en rijk. Zo had 
Niche is mainstream geworden. Alleen moet de mainstreamconsument dit nog ontdekken. Niet zo makkelijk gezien de meeste leveranciers ook doorsneegeuren produceren die verkocht moeten worden. Dat lukt meestal wel als die promotioneel goed ondersteund worden. En dat doen Chanel, Dior, Givenchy, Yves Saint Laurent en Giorgio Armani vooral rondom de feestdagen.
En voor dit probleem plaatst Boucheron je nu ook. Als een van de laatste mainstream luxe parfumhuizen, presenteerde het dit jaar zijn kijk op niche, terwijl ook Quatre Intense (2016) en Quatre Absolu de Nuit (2017) op de plank staan te pronken. Naam: La Collection. Inspiratie: ‘De erfenis van Boucheron’ en zijn ‘wereldwijde zoektocht naar, jacht op edelstenen’. De namen: Ambre D’Alexandrie, Iris de Syracuse, Néroli d’Ispahan, Oud de Carthage, Tubéreuse de Madras en Vanille de Zanzibar. Leuk om ingrediënten te koppelen aan historisch vergane en bestaande steden met een voor velen nog mysterieus aura. Bekt lekker.

De lady- en mannenkiller onder de bloemen doet in Tubéreuse de Madras recht aan haar status. Vol, boterachtig, smeuïg. Oranjebloesem garandeert dat de tuberoos niet zwicht onder haar eigen overrompelende gewicht, geeft een ‘open lucht’-idee aan het geheel van de compositie.
Ik werd vanochtend wakker en dacht: gelukkig ik leef nog! Vervolgens als Geurengoeroe: ik heb me niet aan mijn nieuwe belofte gehouden – beschrijf alleen nog parfums die opvallen en zich echt onderscheiden. Ik dacht dat ik hierdoor voornamelijk niche zou recenseren. Maar ziet: heb het de laatste tijd weer verdomde vaak over ketenparfumeriegeuren.
Met dank aan de huidig artistic director Sarah Burton (McQueens voormalig assistent; ja die van de trouwjurk van expected Brittish queen to be) die er volgens mij scherp heeft op toegezien dat McQueens erfenis geen geweld is aangedaan. Overtuigend gepresenteerd in de ‘gloomy’ mood-foto en de flacon – de grote aandachtstrekker. Niche, rijk, vintage, ‘historiserend’, mooi gedetailleerd. Soort van tijdloos, in ieder geval geen modern-doenerij. Logisch, want Alexander McQueen dweepte met gotiek (als stylingelement) en met romantiek (als kunstvorm). Komt elegant samen in deze goud gepatineerde gevederde/bebladerde duistere flacon gebaseerd op parfumflacons uit de archieven van het V&A Museum in Londen.
Van de klassieke norm – 
Perfume telling is storytelling. Een goed, geloofwaardig en/of sprookjesachtig verhaal maakt een parfum verkooptechnisch interessanter. Mocht dit zo zijn… ik krijg spontaan medelijden met de beauty-advisors op de winkelvloer. Al die honderden verhalen die jaarlijks verschijnen moeten ze levendig en enthousiast weten over te brengen. Als het even kan telkens als was het de eerste keer. Alleen: hoe houdt zij/hij dit vol na drie keer een ontstaansgeschiedenis met – ik haat het woord in deze – passie te hebben gedeeld. Ook voel ik medelijden met de potentiële koper. Zit zij/hij hierop te wachten?
De laatste was de tante van de eerste zo nu blijkt. En dat was me er een! Haar eveneens turbulente leven zou het nu heel goed doen als biopic. Ze was beschermvrouwe van en bevriend met onder meer Jean Cocteau en Christian Dior, en een sleutelfiguur van de ‘café society’ tijdens de eerste helft van de twintigste eeuw.
Het effect: een bloemenaquarel waaruit de roos weer tevoorschijn komt. Nu omringd met fruitige en bloemige noten. Ofwel, peer omkranst door jasmijn, pioenroos, lelietje-van-dalen met een kruidig-musky ondertoon van engelwortel die als het ware het stokje van de roze peper overneemt.