TE HOGE VERWACHTINGEN
MOOI-ELEGANT, ALLEEN GEEN ‘G-SPOT’-EFFECT
Op verzoek van een lezer – bekend bij de redactie ;-> – bespreek ik deze geur. Ik lees op de site van Nasomatto: ‘De geur is het resultaat van een zoektocht naar de overweldigende verslavende intensiteit van de seksuele kracht van de vrouw’.
In 2007 kon je dat nog zonder problemen noteren. Dat ligt nu – na Metoo, na de identiteits- en inclusiviteitsrevolutie en de daaruit voortvloeiende woke-beweging – allemaal net iets gevoeliger.
Kun je eigenlijk wel stellen dat de queeste van Alessandro Gualtieri – de man achter het parfumlabel – erg rolbevestigend is. En los daarvan: voor mij is tuberoos – met het veronderstelde vermogen om seksuele kracht op te roepen en daardoor hoofdrolspeelster in deze geur – niet typisch vrouwelijk. Mannen met lef dragen hem ook.
Eerlijk gezegd ik ben beetje uitgetuberoosd met name sinds de opleving van tamme interpretaties verkocht als ‘gedeconstrueerde’ tuberoos – zoals Bloom van Gucci (2017), Mutiny van Maison Margiela (2019) en nog een paar die me niet te binnen willen schieten. Dan wordt het iets moeilijker deze geur eerlijk te beoordelen. Moet ik dus proberen de inmiddels ingekorte naam Narcotic V vanuit zijn lanceringsjaar met terugwerkende kracht bekijken.
Dan zijn er voor mij vóór 2007 drie parfums die ik voor mijn gevoel mee moet meenemen: Fracas van Robert Piguet (1949), Tubéreuse (uit 1984 en de allerheftigste tuberoos ever ook wel bekend als the G-spot perfume) van Annick Goutal en Tubéreuse Criminelle (1999) van Serge Lutens. Tja, daarbij vergeleken is Tubéreuse Criminelle een muurbloempje een ‘vergeet-me-welletje’. Had ik eigenlijk niet verwacht. Ik heb diverse keren in de loop der jaren aan Gualtieri’s geuren geroken en heb er geloof drie besproken. In mijn herinnering is hij een krachtpatser die de grenzen van het olfatorisch onbetamelijke opzoekt, maar iets weerhield me om me echt in hem te verdiepen.
De naam. Nasomatto betekent rare neus. En dat vind ik even erg als Lady Gaga, I Hate Perfume en A Lab on Fire. Het heeft iets anarchistisch, tegen de stroom in, wetende dat je tegelijkertijd wel afhankelijk bent, toch bevestiging/erkenning zoekt van/bij hetgeen je bekritiseert: de ‘standaardneus’, een ‘Lady Selfconfident’, de ‘I Love Perfume-persoon’ en een gewoon werkend laboratorium (met brandverzekering).
Ik snap de geur helemaal: de groenige lichte opgefriste opening die overgaat in een witte bloemenextase waarbij de tuberoos vanzelfsprekend alle aandacht opeist die daarna langzaam verdwijnt in een bedje van hout en musk. Zonder jasmijn en oranjebloesem geen klassieke tuberoos. Ruik je vol. De lelie ontgaat me.
Maar ik had gezien Gualtieri’s reputatie meer verwacht: een tuberoos in overdrive richting hallucinerend. Maar misschien verlang en eis ik inmiddels te veel – kan ik hetgeen ik wil ruiken, een neus niet waarmaken, blijken er toch limieten aan wat je kunt ruiken in de parfumwereld. In mijn gedachten rook ik bij Narcotic V, Tubéreuse 3 Animale uit 2010 van Histoires de Parfums – maar dan nog erger. Narcotic V heeft voor mij meer overeenkomsten met de eerste geur van Michael Kors (2000).
In hetzelfde jaar dat Narcotic V verscheen, was daar ook het heerlijke Tuberose Gardenia uit de Private Collection van Estée Lauder – romig, smeuïg en intens. Schiet me net te binnen: geflopperdeflopt en door de hoeveelheid geuren die het lanceert niet meer serieus genomen, maar die van Reminiscence – White Tuberose (2014) uit het inmiddels gesloten boek Histoire de Fleurs – was ook bepaald ‘niet verkeerd’.