GERMAINE CELLIER (1909-1976)
Ze wordt beschouwd als de eerste vrouwelijke neus. En ze heeft op zijn minst twee legendarische parfums op haar naam heeft staan: Bandit van Robert Piquet en Vent Vert van Pierre Balmain.
Cellier wordt in 1909 in Bordeaux geboren en start in 1930 haar studie chemie in Parijs. Geïnteresseerd in de wereld van geuren gaat Germaine na het behalen van haar diploma werken voor parfumproducent Roure-Bertrand-Dupont (nu Roure). Hier laat zij snel van zich spreken door haar ‘open’ en eerlijke taalgebruik. Ze is een kleurrijk figuur die niemand spaart. Haar collega’s geven haar de bijnaam ‘Arletty Blonde’. Haar creaties zijn eigenlijk zoals haar karakter: gewaagd, ‘vierkant’, ongepolijst en een beetje grof. Laatste ruik je goed in haar eerste succesnummer: Bandit, een ‘wilde’ en sensuele chypre door wie veel neuzen zijn geïnspireerd.
Deze grofheid is volgens sommigen helaas uit enkele parfums verdwenen toen die in het midden van de jaren negentig opnieuw werden geïntroduceerd. Geldt onder meer voor Vent Vert – het eerste naoorlogse groene parfum – en het tweede parfum dat ze creëerde voor de couturier Pierre Balmain (1914-1982). In 1946 wordt ze lid van Exarome, een vereniging opgezet ter promotie van het Franse parfum, wat resulteert in een film.
In hetzelfde jaar creërt ze Cœur-Joie, het tweede parfum van Nina Ricci. In de loop der jaren gevolgd door geuren die stuk voor stuk als non-conformistisch kunnen worden omschreven: Jolie Madame en Monsieur Balmain (1964) van Pierre Balmain, en diverse parfums voor Elizabeth Arden voor de Amerikaanse markt.
Het parfumportefolio van Germaine Cellier voor de vrouw, voor zover bekend:
Robert Piguet Bandit (1944)
Nina Ricci Coeur-Joie (1945)
Balmain Vent Vert (1945)
Balmain Elysées 63-84 (1946)
Balmain Jolie Madame (1953)
Het parfumportefolio van Germaine Cellier voor de man, voor zover bekend:
Balmain Monsieur (1964)