ONGECOMPLICEERD. RELAXED LEKKER.
‘ZE KIJKEN JE AAN ALSOF JE EEN ARME SLOEBER BENT ALS JE DIT MERK KOOPT’
Come what may zoals ik in de vorige post meldde. Nou deze dus: Bois Impérial en Orange X (geen Twitter-logo in transitie) Santal van Essential Parfums (Parijs). Staan beide bescheiden-nonchalant op een vintagedressoir in de slaapkamer op een prachtige woonboot aan de rand van de Jordaan. Van vrienden op verwegwerkvakantie. Here we go.
Ben een beetje uitgekeizerd, -gekoninkt en uitgeëdeld wat parfumnamen betreft. Deze veronderstelde chique adjectieven hebben inmiddels een race to the bottom-devaluatie ondergaan. Als Rituals een niet goed werkende geurkaars omringd met keizerlijke allure, dan…
Nog iets, zie je steeds vaker: namen van de neuzen vermeld op het etiket. Geeft dit aan dat die inmiddels belangrijker zijn dan de merken zelf of worden ze als extra lokmiddel ingezet? Het geeft die merken én die neuzen in ieder geval ook een soort van inwisselbaarheid en alledaagsheid.
Daar denkt dit merk vanzelfsprekend anders over: ‘Met meer dan 25 jaar ervaring hebben we Essential Parfums opgericht met een rebelse geest en de missie om de essentie van haute parfumerie te herstellen. We zijn gegroeid vanuit een simpele aanpak: parfumeurs carte blanche geven om te creëren, zonder beperkingen of limieten’.
Waar hebben we deze restauratie-aspiraties eerder gehoord… Bijna elk nieuw of ‘oud’ niche parfumhuis propageert deze kijk op het métier. Nu gebeurt er iets vreemds: ik wil de naam van Quention Bisch (neus van Bois Impérial), googelen, verschijnt die al bij de eerste letter… indrukwekkende collectie heeft hij inmiddels opgebouwd: van treurigmakende middle of the road-onzin (de übercliché en zonder humor gepresenteerde Good Girl– en Bad Boy-collectie van Carolina Herrera), via kassakrakers (1 Million Paco Rabanne) naar prachtige niche-excercities: Querca (Bottega Veneta).
En Bisch (40) heeft het druk: sinds 2020 59 geuren geleverd voor de nichesector. Waaronder Bois Impérial (2020). Beetje veel naar mijn gevoel, maar hij moet nog heel hard werken – hij heeft nog even de tijd – om in de buurt te komen van de eminence grise onder de parfumeurs Alberto Morillas (73): meer dan 2500.
Er zit meer in Bois Impérial dan ik kan ruiken. De eerste indruk: cederhout infused. Licht, zonnig en strak (eigen aan cederhout). Dit blijf ik ook ruiken. Met de toegevoegde mooimakers heb ik meer moeite, maar komen geleidelijk goed op gang. Lekker: gepeperd basilicum, sprankelend pompelmoes en Nepalees timut-peperabsoluut in de opening. Doet denken aan Mandarin Basalic, een van mijn favoriete Guerlain Aqua Allegoria’s, maar dan gelaagder.
Essential Parfums’ oordeel: ‘Een briljante combinatie perfect contrasterend met de gedurfde houtachtige signatuur van de geur’. Dan: Haïtiaanse vetiver (‘groen, rijk en aards’) en georgy-hout (molecuul met krachtige cederhouttoon) ‘verlicht door het bloemige aspect van petalia’.
Maar dan: ‘Het majestueuze akigala-hout (via een biotechnologisch proces uit patchoeli gerecycled) tekent het parfum. Het unieke kruidige, houtachtige karakter wordt versterkt door een rijke essentie van Indonesische patchoeli en een krachtige en langdurige noot van ambrofix’.
Terzijde: wel akigala uitleggen en ervanuit gaand dat consumenten weten wat petalia en ambrofix is.
Petalia: frisse bloemengeur van pioenroos, lelietje-van-dalen, roos met een fruitige ondertoon. Zeer fris, licht en diffuus.
Ambrofix: zeer krachtige en zeer stabiele amberachtige noot. Meest geschikt om een authentieke ambregris-noot af te leveren.
Alleen wil de patchoeli niet indalen, is er wel maar blijft zuinig gedoseerd. Er is zeker een warme houtsensatie maar keizerlijk in de zin van diep, krachtig en intens die het predicaat niche rechtvaardigt, wil het niet echt worden. Daarvoor blijft de geur te licht.
Bij deze ingrediëntenopsomming ruik ik in gedachten Amouage, LM Parfums, Bruno Acampora en Maison Incens. En moet eerder denken aan een eau de toilette dan aan een eau de parfum concentrée.
Orange X Santal heeft ook een hoog Aqua Allegoria-gehalte. De sinaasappel spettert je tegemoet, ondergedompeld in een waterbad met op de bodem aangename houtsensaties. Ik lees: ‘Fris en sensueel parfum met weelderige facetten van sinaasappel uit Italië en Australisch sandelhout. Het is de alchemie van lichtheid en diepte – nu komt die – het contrast tussen theoretische strengheid en poëzie. Afgerond met basilicum uit Egypte. Franse cipres en Australisch sandelhout zorgen voor houtachtige topnoten’.
Ik zou zeggen basisnoten. En sensueel vind ik de geur ook niet echt – sandelhout wordt dat pas echt als je het impregneert met intense bloemen – roos of jasmijn bijvoorbeeld. Dan treedt er een wonderlijke alchemie op, vaak ondoorgrondelijke diepte die je het mooist in the real stuff ervaart: attars uit Ici India XL. In Orange X Santal is het niet meer dan een mooie, zachte afgeronde houtnoot.
De prijs valt mee. Tenminste als je € 78,00 voor 100 ml niet veel vindt. Bij Skins, merkte de vriendin trouwens op, toen ik haar appte hoe ze geur had ontdekt (eerst in Parijs), ‘kijken ze je aan alsof je een arme sloeber bent als je dit merk koopt’.