ME TOO-FRAGRANCE
YVES SAINT LAURENT-KLOON
Als je Black Night googelt krijg je ongeveer 4.000.000.000 bezoekmogelijkheden voorgesteld. Voeg je parfum toe, dan narrowt het zich down tot 26.000.000. Grappig: de eerste die dan verschijnt, is de door mij onlangs behandelde The Black Knight van Francesca Bianchi. Blijkt maar weer eens hoe geheugenverliezerig-dom zoekmachines zijn en het verschil niet opmerken tussen ‘night’ en ‘knight’. En daarnaast ‘denken’: ‘Dark’ leveren we er gratis en voor niets bij.
Best wel ontroerd dat ‘mijn’ Black Night van BN parfums ook direct in beeld verscheen. Hij vormt onderdeel van de ‘geroken-en-mwahh-bevonden’-collectie van Het Rozenhofje in Amsterdam. Dat wil zeggen: de daaronder vallende geuren stonden allemaal op de ‘gratis-meeneem’-tafel bij de in/uitgang aangeboden door de bewoonsters. En uit louter verbazing door een vriendin/bewoonster van me tijdelijk in beslag genomen, omdat ze benieuwd was wat ik er zou van vinden.
Ik ben zeer verheugd dat de dames nog enige notie van smaak hebben: ‘Ik mag dan op een hofje wonen, met deze shit maak je me echt niet blij – gewonnen op de Bingo misschien?’ Misschien ga ik binnenkort middels een buurtinterview op zoek naar de geuren die ze echt lekker vinden.
In ieder geval, ik moest qua presentatie aan de Turkse toko, met zijn plank gevuld ‘vage geuren’ denken en ook aan de commerciële ‘meuk-is-leuk’-marktkraamuitventer die zich op slinkse wijze een plaats heeft weten te regelen op een alleen tegen betaling te bezoeken rommelmarkt.
We zoeken verder. Black Night blijkt volgens www.bol.com een kloon te zijn van Yves Saint Laurents Black Opium – not my favorite cup of coffee. Qua compositie schatte ik hem inderdaad op ‘L’Oréal Luxe’-niveau. Niet slecht, niet geweldig, gewone middelmatige veronderstelde chic geleverd door Armani, of Lancôme, of Ralph Lauren, of Saint Laurent, of… (vul zelf maar in). Met dien verstande dat kruidige parfums het nu niet echt goed doen in de masstige-sector.
Profielschets van de in dit geval gebruik(st)er: ‘Voor een persoonlijkheid die de regels verbreekt, telkens opnieuw de grenzen opzoekt – charismatisch en gewaagd’.
Leuk: de ingrediënten zijn in orde van opkomst goed te onderscheiden. Tenminste ik ruik de roze peper, oranjebloesem en peer goed in de opening: prikkelend zoetbloemig met die voor mij ‘akelig-plakkerige’ geur van peer. De koffie heeft de neus ook goed weten te vangen die een soort van gourmandbehandeling krijgt met bittere amandel en zoethout: van Arabic naar een zachtgestemde bakkie leut. Jasmijn zorgt voor lucht.
De basis is smeuïg. Eerlijk gezegd: ook niet slecht gedaan. Een volle laag vanille ondersteund door patchoeli, ceder- en kasjmierhout die – moet óók eerlijk gezegd – wel scherp-synthetisch eindigt. Mijn haren gaan nog net niet overeind staan. Voor € 10,75 100 ml moet je niet zeuren. Enne: heb’m een lange tijd geleden geroken, maar ik denk dat ‘the original’ het niet zoveel beter doet.
Van de andere kant, een overweging: hoe zou Mona di Orio deze ingrediënten (maar dan A-kwaliteit) hebben gemengd? Wat zou er dan uit het computer-parfumorgel zijn gekomen? Een door indolen opgegeilde jasmijn die door de koffie wordt verbrand met rookslierten van amandel en zoethout, en in de basis ondergaat/smelt in diep, diep ‘beproefd’ en oud hout. Haar Angelsaksische versie van haar Nuit Noire?