A-MAN-DEL-MAN
Jaar van lancering: 2014
Laatst aangepast: 07/09/14
Neus: Thierry Wasser
Ambassadeur: de ideale man
Foto-en videografie: Michel Gondry
In vrouwenglossies wordt om de zoveel tijd vaak de – overbodige – vraag gesteld: bestaat de ideale man? Tussen twee haakjes: c’est moi! Aan welke eisen moet hij voldoen? Een alpha male, geldmachine, een maatje, een luisterend oor, een seksbeest dat, als het moet, ook sans problème even de luiers verschoont en voor zijn zieke moeder zelf een krachtige bouillon brouwt?
Kan nog even doorgaan. Doet Guerlain ook in het persbericht met allerlei oh-la-la-voorbeelden. The must have ingredient: een gespierde torso. Met nog meer humor dan Sacha Baron Cohen. Zijn bijnaam: the Gladiator. Hij weet zelfs het wifi-password van de buren te achterhalen zonder dat die het weten – de dondersteen. Neemt iedereen in de maling op het werk. Hilarisch. Kom niet meer bij.
Maar let’s face it: dit soort mannen komen alleen in romantische komedies voor. In het hij echt bestaat hij niet – is meer een gedroomd verlangen. En daar is Guerlain al marketing onderzoekende ook achtergekomen, het beweert zelfs dat de ideale man een mythe is. Slimmer en logischer vanuit het parfumhuis gezien om ‘dan maar’ een ideale geur te ontwikkelen die de gebruiker – hoe hij ook is – transformeert tot de ideale man. En zo zag L’Homme Idéal het licht.
En die geur is gestopt een up-to-date-versie van de klassieke mannenflacon van het huis – waarin illustere voorgangers huisden als Vetiver (1959) en Habit Rouge (1965). Mooi gedaan. Alleen de modellen die om de ‘ideale man’ hangen, zijn weer zo cliché. En weer in zwart-wit – staat voor chic in parfumkringen. Doet me direct denken aan recente ‘rock ’n roll’-campagnes van Caroline Herrera, Burberry en Giorgio Armani. Too name a few. Snel naar de geur.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Volgens mij vindt Thierry Wasser zichzelf de ideale man, afgaande op de foto in het persbericht: snobbish, intellectuele uitstraling, klassiek mannelijk en très serieus. Ik heb alleen een probleem met de compositie. En dat komt puur door het feit dat de verwachtingen (bij mij) zo hoog gespannen zijn omdat Guerlain de laatste jaren in verschillende lijnen heeft aangetoond dat het – ook weer – absolute meesterwerken weet te creëren. Zoals de tweede (niche)versie van La Petite Robe Noire (2011) die onlangs in de Les Parisiennes-lijn werd opgenomen. Heet nu Mademoiselle Guerlain. Of neem Tonka Impériale (2010) uit de L’Art et La Matière-reeks – beide samengesteld door Wasser.
Je hoopt, verwacht dat deze verfijning ook doorstroomt naar de massstigegeuren van Guerlain, wat L’Homme Idéal is. Ik weet het nog niet. De bedoeling volgens hem: ‘Moet zijn als de loop van een geweer; moet alle potenties van de man onthullen’.
En dat moet dus gebeuren met amandel en amaretto. Gourmand dus. Het is voor het eerst dat in een mannengeur zoveel nadruk op deze bitterzoete noot wordt gelegd aldus Guerlain. Een ingrediënt – in L’Homme Idéal een mix van tonkaboon, vanille en amandel – over het algemeen alleen gereserveerd voor vrouwen en het niche-circuit. Gevaar ligt dus op de loer.
Wasser omcirkelt dit ‘probleem’ door amandel te plaatsen in een mannelijke houtbasis zachtjes gesouffleerd door een leeraccent. Maakt de amandel droog, stoffig zonder ‘vrouwelijk-poederig’ te worden. De amandel-amaretto is behoorlijk overheersend waardoor zelfs de klassieke hesperide-opening (altijd zo aangenaam bij Guerlain) er in lijkt te verdrinken; ik ruik de bergamot met muntachtige nuance en oranjebloesem slechts even.
Alleen er ontbreekt voor mij een zekere vanzelfsprekende, chique mannelijkheid, een tenacité – eigen aan Guerlain – zoals de Fransen zeggen: een hardnekkig- en koppigheid, die ik wel geroken heb in:
RUIK&VERGELIJK
Guerlain L’Instant de Guerlain pour Homme (2004)
Guerlain Homme Eau Boisée (2012)