L’ARTE DI GUCCI
Jaar van lancering: 2013
Laatst aangepast: 05/10/13
Neus: Lorenzo Villoresi
Concept & realisatie: Frida Gianini
Ik had dit voorjaar een interview met Lorenzo Villoresi. Die was voor een meet & greet voor pers en fans naar Nederland gehaald door Tanja Deurloo van de The Annindriya Perfume Lounge in Amsterdam – zie mijn beschrijving van Yerbamate (2001). Helaas wou hij één vraag niet beantwoorden: voor welke merken hij geuren heeft gemaakt. Want dat doet hij. Een merkwaardige vorm van discretie. Een parfum ‘openlijk’ gesigneerd Villoresi heeft volgens mij grotere slaagkans dan wanneer een anonieme neus er achter zit. Of zou hij zich schamen voor sommige exercities…
Waar hij zich niet voor schaamt is zijn eerste (?…) samenwerking met Gucci. Ik ben er ook blij mee. Heel blij. Eindelijk weer een geur van Gucci die recht doet aan de reputatie en geschiedenis van het merk. Was wel nodig, want de geurenstroom die sinds 2004 onder leiding van Frida Gianini verschijnt, is vooral marketing en visuele overdaad dan daadwerkelijke inhoudelijke creativiteit. Mijn favoriet: Gucci by Gucci (2007).
In gang gezet trouwens door haar voorganger Tom Ford; bij hem was het vooral pornochic-provocatie die in eerste instantie om de gunst vroeg van de kopers. Mijn favorieten: Envy (1997), Eau de Parfum (2002) en Pour Homme (2003).
Gucci is trouwens niet de enige: bijna elk luxemerk ging mee in de fastforwardfragrance-wedloop. Dus om aan te tonen dat ze op parfumgebied ook nog steeds de essentie van het parfumvakmanschap konden prevaleren – ‘aangezet’ door de aan populariteit winnende onafhankelijke nichehuizen – verschenen er ‘plotseling’ nichelijnen gemaakt van de beste ingrediënten denkbaar en ingegeven door pure olfactorische creativiteit, en niet op iedere straathoek te koop. Alleen in boetieks en/of op de nicheafdeling van de betere warenhuizen wereldwijd. To name a few: Giorgio Armani, Hermès, Guerlain, Dior, Thierry Mugler, Prada.
Gucci zoekt nu aansluiting bij deze ontwikkeling met Forever Now. Is alleen te koop in het in Gucci Museo (Piazza della Signoria, Florence) dat in 2011 werd geopend ter viering van het negentigjarig bestaan en de Gucci-winkels. De ‘zichzelf tegensprekende’ naam refereert aan het traditionele en handmatige vakmanschap dat nog steeds het uitgangspunt van het merk is.
Dat Frida Gianini intens bij de totstandkoming was betrokken, blijkt wel uit de vele samenkomsten van haar met Lorenzo Villoresi. Ook dat ze zeer welwillend stond tegenover het idee van Villoresi om te werken met twee hoofdingrediënten die volgens hem symbolisch zijn voor Gucci en Florence.
Dus leer en Florentijnse iris. Het opvallende: het is geen Villoresi-geur geworden – die was volgens mij strenger en abstracter geweest. Wat hij toevoegt is elegante draagbaarheid. Denk aan het soepelste leer mogelijk ingewreven met de fijnste essences.
Ik hoop dat het niet bij deze eenmalige exercitie blijft. Gucci heeft zoveel geschiedenis in huis dat je kunt vertalen in ‘high end’-geuren. En, verder fantaserend, een vintagecollectie zou ook leuk zijn. Want ik vind het nog steeds jammer dat Nº 1 (1974), Nobile (1986) en met name de prachtige rooschypre uit 1991 met veel ‘vies’ castoreum, leer en ‘sigarettenrook’ niet meer leverbaar is: L’Arte di Gucci.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Wat is het toch prettig om puurheid te ruiken in plaats van synthetische alternatieven die hetzelfde hopen te bereiken. Eerst een fris-pittige opening van citrusnoten en peper. Vrijgevig maar kordaat. Zie het als een stortregen die prikkels achterlaat op de huid. Hierachter een ontvouwt zich een prachtige melange van een volle roos en sensuele ylang-ylang heel mooi zonnig gemaakt met een gulle, groenachtige lavendelnoot – ongebruikelijk maar smaakvol.
Een perfecte basis voor de iris die zijn poederige noten elegant-robuust begeleid ziet door een kruidige noot van nootmuskaat. En dan begint het leer te werken, eerst nog als suède-noot gekoppeld aan de iris, maar die weldra de volle aandacht opeist en zijn kracht bevestigd ziet in rijk en ‘vol’ hout: patchoeli en vetiver, mooi warm gemaakt door een licht spoor van amber- en musknoten.
Het geheim van Forever Now volgens mij: ylang-ylang. Zorgt ervoor dat de leernoten worden opgetild en daardoor een volle, sensueel-smeuïge structuur krijgen.
RUIK & VERGELIJK
Een paar (neo)nicheparfums uit Italië gevat in leer die Forever Now voorafgingen:
Giorgio Armani – Armani Privé – Cuir Améthyste (2004)
Tom Ford – Private Blend – Tuscan Leather (2007)
Odori – Profumi di Firenze – Cuoio (2008)
Maria Candide Gentile Barry Lyndon (2010)