VLIEGEND OP EEN TAPIJT TUSSEN SHALIMAR EN BAL A VERSAILLES
Jaar van lancering: 2007
Laatst aangepast: 28/09/12
Neus: Jean-François Latty
Artistic direction: Caroline Ilacgua
Heb deze geur al zo lang willen bespreken. Kwam er niet van. Tot www.parfumaria.com mij er weer op wees. Dus pakte ik die weer te voorschijn, rook en had een prettige Aha-erlebnis. En: zo moeten klassiek-oosterse geuren ruiken. Voorop dient gezegd dat ik iets heb met Téo Cabanel, als was het alleen maar om het feit dat het kiest voor de lange termijn; het huis is zuinig wat lanceringen betreft. Gelukkig. Dat houdt het overzichtelijk.
En zorgt ervoor dat je alle geuren, slechts bij het horen van de naam, al als het ware gaat ruiken. Wat de naam betekent: onduidelijk. Hoe ik ook google; kom steeds terecht bij de geur Alahine. Ook of de geur uit het archief van Téo Cabanel komt. Deze wel naar men zegt: Oha, Julia (beide 2005, en gepresenteerd tijdens de heropening van het huis) en Meloe (2008). Die zijn afgezien van de hoge kwaliteit ingrediënten gewoon klassiek, gewoon elegant en gewoon goed: ze hebben net dat beetje eigenheid waardoor ze zich onderscheiden van veel geuren afkomstig van eveneens opnieuw geopende nichehuizen. Ik noem het sprankelende verfijning. Early Roses (2010), de vierde creatie (het recept niet afkomstig uit het archief volgens mij) daarentegen: mooi maar ook iets te makkelijk.
Dat kun je van Alahine (ook 2007) niet beweren. Deze geur neemt een andere wending. En dat is logisch gezien de inspiratiebron: de luxe van oosterse paleizen. Meer wordt op de internetsite van het huis niet vrijgegeven over de geur. Is ook niet nodig. Met een beetje parfumcliché-fantasie waan je je in een sprookjeswereld waar sensuele overdaad is verheven tot norm. En nu ik er langer over nadenk, misschien is Alahine wel een gesluierde zus van Aladin en leent ze af en toe zijn tapijt om in haar sprookjesland nieuwe parfums te ontdekken. Maar wat mij meer interesseert: is de formule gebaseerd op een geur uit het archief, en zo ja, is die dan voor of na Shalimar van Guerlain op de markt gebracht? Want Alahine ruikt er erg naar zonder zijn eigen karakter te verliezen.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Prachtig! Of je een vat rum opent waaruit de eerst alcohol moet vervliegen samen met de bergamot en lavendel om ondergedompeld te worden in een warm, vol-sensueel bloemenbad dat eerst een prachtige vol-fluwelige, crèmige ylang-ylang (foto) vrijgeeft die zich vervolgens graag laat vergezellen door roos (Bulgarije en Marokko), jasmijn en neroli.
En dat gebeurt geleidelijk, zonder haast. Alahine neemt de tijd om zijn verrassingen prijs te geven. Zo ruik je pas later dat neroli een prachtige sleutelrol speelt, die zorgt ervoor dat bloemen kunnen ademen en dat de sensualiteit niet te vet wordt, maar gaat stralen. Iris en peper daarentegen zorgen voor een elegante contrasterende ‘droge-warme’ noot.
En dan de basis. Eindelijk weer eens een geur waarin je patchoeli (ondersteund door cederhout) ruikt, zoals die hoort te ruiken. Niet geklaard, niet gewassen, maar houtig, nattig en die de zoetmakers – cistus labdanum, benzoïne, musk en vanille die samen een rumachtig effect hebben – liefdevol in zich opzuigt. En toch blijft de zon schijnen, alsof de oranjebloesem af en toe achter deze sensuele wolk te voorschijn komt.
RUIK & VERGELIJK
Hoewel de eerste meer bergamot in de opening en meer vanille in de basis bevat en de tweede meer donker en animaal is, zweeft Alahine (op haar tapijt) over haar bittere sinaasappelplantage voor mij heel aangenaam heen en weer tussen:
Guerlain Shalimar (1925)
Jean Desprez Bal à Versailles (1962)