NICHE VERPAKT ALS MASSA
FRUITIG GROEN PARFUMPLEZIER
SOPHIA GROSJMAN DIE KAN HET
Parfumcliché: geurgeluk ligt soms in een klein hoekje. In mijn geval letterlijk: gevonden tijdens de opruiming van mijn geuratelier: een mini-flaconnetje (toch nog 7,5 ml) van Yves Rochers Néblina (nu aangeboden voor rond € 15,00 op Etsy, 50ml voor rond € 100,00). Gelanceerd in 2000.
Mijn gevoel (en een soort van afgaande op de flacon; in de zin hier is aandacht aan besteed ook al valt over de esthetiek te discussiëren) zei: dit moet een goede geur zijn. Groen. Niet te veel fruit. Fris. Wat zoete bloemetjes op mooi, stabiel houten fond. Trouwens: Yves Rocher maakt sowieso goede geuren; perfecte kwaliteit-prijsverhouding.
Zit er niet ver naast blijkt. Ben eigenlijk met neus in de boter gevallen. Want de geur is gemaakt door niemand minder dan – dat zeg je dan – Sophia Grojsman. Introductie overbodig. Voor de onwetenden: zij is ook de vrouw achter – nu volgen een paar van mijn favorieten van haar hand: Prescriptives (nu Clinique) Calyx (1987), Estée Lauder Spellbound (1991), Yves Saint Laurent Yvresse (1993), Karl Lagerfeld Sun Moon Stars (1994), Céline Magic en Laura Biagiotti Soto Voce (beide 1996). Haar meest recente bijdrage: Outrageous Frédéric Malle (2007).
Nog een door mij gebezigd cliché: geuren gemaakt door het prestigesegment voor en rond 2000 hebben vaak een niche-allure zonder dat het de bedoeling was omdat niche nog niet tot deze afdeling was doorgedrongen. Uitgangspunt: mooie geuren maken zonder dat marketing en kostenexperts al te veel over de rug van de neus meekijken.
Grosjman beklaagde zich er eens in een interview over in 1992 (Women’s Wear Daily): ‘Vroeger was parfum maken een kunst, nu is het business. Iedereen wil direct succes. Geuren worden getest door focusgroepen, waardoor de kans op ongewone geuren kleiner wordt’. Ik geloof dat Grosjman het meest uit een idee/voorstel/opdracht wist te halen, ook al waren de financiële middelen (lees: ingrediëntenbudget) beperkt. Ze was van alle markten thuis. Van verfijnde niche tot massaentertainment.
Néblina valt in laatste categorie maar kan ook doorgaan voor de eerste – waardoor het een ongewone geur is met die typische Grosjman-touch. Fruitige noten in de opening (abrikoos, sinaasappel), volle bloemenexplosie in het hart (orchidee, witte bloemen, viooltje), krachtige basis (groen gras, houtachtige noten, eikenmos).
Opvallend: het lijkt wel of de geur zich in eerste instantie omgekeerd manifesteert. Eerst ruik je groene noten (vers geknipt gras-effect) en houtachtige nuances voor het fruit zich meldt. In dit geval fluweelzachte abrikoos zoet gemaakt door sinaasappel die de witte bloemen streelt. Vervolgens gaan ze allemaal met elkaar spelen – telkens springt er weer een noot uit – om weer groen, coumarine-achtig te eindigen. Interessant: hoe duidelijk het eikenmos blijft resoneren. Ongewoon voor een massamarktgeur.
Er verscheen ook een nachtversie: La Nuit de Néblina, merkwaardigerwijze een jaar eerder. In een flacon (foto hieronder) die iets meer tot de verbeelding spreekt. Néblina betekent trouwens mist. Hierdoor kun je de geur wéér anders ervaren.


















Meine Ruhe is hin. En maar zoeken. En maar zoeken. Und finde es nirgendwo. Zelfs, terwijl me het toch een logisch startpunt lijkt, niet op de site van Xerjoff: de betekenis van Uden.
Of is dat de tabaksbloesem (nicotiana fragrans)? Hoewel het technisch mogelijk is het parfum van de tabaksbloe(se)m te extraheren, wordt het – nog – zelden gemaakt. De geur wordt vergeleken met anjer maar dan een met frisse, beetje fruitachtige ondergrond. Nou, en dat kun je dus heel goed namaken in het parfumlaboratorium.
Was even uit de lucht. Waarom? Algemene overkoepelende gedachte bij de verschillende ‘minor issues’ die nu spelen binnen uit buiten de grenzen: welke kant gaat het met de wereld op, en aan welke kant van de geschiedenis wil Geurengoeroe eigenlijk staan?
Na het platgeslagen parfumgepruttel van de laatste twee posts, tijd voor een geur die hopelijk iets meer met me zal doen. Dus grijp ik in mijn geurproefjesgrabbelton (categorie niche) en vis er Narcotic Flowers uit. Toeval, of wil een hogere macht (Moeder Natuur zelve?) me erop wijzen dat er ook nog bloemengeuren worden gemaakt die écht werken. En noem een geur Narcotic Flowers die, na ruiken, zijn naam niet waar lijkt te maken, than you are in real trouble.
Ook onderdeel van de filosofie: ‘Alle geuren worden in eigen huis samengesteld, in kleine hoeveelheden geproduceerd en in ons Grasse-atelier gebotteld. Alle geuren worden gemengd in een basis van 100 procent gecertificeerde organische Franse graanalcohol’.
En toen was het zomer en dus tijd voor lekker, knetterend vermaak. Voor mij is dat dan eau de cologne of een iets in die richting. En zo kwam ik uit op de geur waarover ik al regelmatig heb gesproken tijdens parfumpraatjes met
Anyway, met Neroli Animalis heb je een eau de cologne in eau de parfum-concentratie. Op de site van Maison Encens wordt de geur omschreven als een ‘clair obscure’. Ofwel, spelend met licht en donker.
Tja, jaren, maar dan ook jaren geleden vond ik het leuk om een merk erop te ‘betrappen’ dat de naam van hun nieuwste geur al eerder was gebruikt. Nu denk ik: ‘Laat maar’, en ben ik in een iets mildere bui, dan: ‘De nieuwe geurmarketeers ontbreekt het aan historisch besef’. Maar dat neemt niet weg dat ik nog steeds spontaan begin te briesen bij het horen van Joy (2018) van Dior – hup de gevangenis is, stelletje no-knowers, stelletje chique marketing parfumpooiers met als extra taakstraf: de benodigde jasmijn- en rozenblaadjes voor het recept van de echte Joy (van Patou) met de hand plukken. Stuk voor stuk. Zal ze leren…
Silvana Casoli vermeldt ook nog dat ‘de inspiratie komt van de geur die alleen de huid van de vrouw kan uitademen in zijn staat van extase. Nuda wordt gedragen als een tweede huid (op de foto door Jennifer Lopez en dat op 49jarige leeftijd, tjonge, tjonge, hoe doet ze het toch)… Nuda werkt als de sleutel tot verleiding en persoonlijkheid. Zijn afrodiserende kracht komt van kruidenferomonen met een vluchtige structuur’.