SPRANKELENDE BLOEMENGEUR
EN: EEN BLOEM DIE ‘STOM’ IS MAAR TOCH ALS INGREDIËNT GEPLUKT
Jaar van lancering: 2016
Laatst aangepast: 09/10/16
Voor millennials die dit lezen en horen: decennia, decennia geleden in de tijd dat jullie (groot)ouders de discovloer onveilig maakten – ja, dat heette toen zo – deden ze dat ook regelmatig uit meligheid op de maten van Miggy’s eendagsvlieg-hit in 1981: ‘Annie, hou je me tassie effe vast want die gozer wil met me danse, Annie geef jij me tassie maar weer terug… ’. Nu is Decadence (2015) en de eerste inhoudelijke variatie Divine Decadence niet bepaald een geur waarmee je op een dance-event uit je dak gaat. Misschien alleen door de geur, maar dan wel zonder tassie. Want dat is toch wel het nadeel van beide en de nieuwernieuwste glitteringgolden limited edition-uitvoering Decadence Gold: de flacon ligt nogal zwaar op de hand en – mocht je het daadwerkelijk doen – om de schouder. ‘Marcie, hou jij je me luchie verpakt als tassie effe vast, want die…’.
De uiteindelijke consequentie en oplossing van dit ongemak: een tasverstuiver die ‘niet zwaar is’ en – wat je heel vaak over een dergelijke variatie in de glossy’s leest – ‘lekker in de hand ligt en zo handig in de tas past’. Ja, dûhhhhh, dat is de bedoeling dus! Ooit een tasverstuiver ontmoet die dat niet doet – en beviel het?
WAT DIVINE DECADANCE IK EIGENLIJK?
De geur is een verlangen/kwestie die neuzen al lang bezighoudt: hoe vertaal je de luxe noten, de sprankeling en het idee van champagne in een compositie? De meest logische optie: de frisheid van citrusvruchten (inclusief bittere sinaasappel) combineren met een aquanoot en de zachtheid, zoetigheid en fruitigheid van sappige, rijpe vruchten: abrikoos, perzik of het huwelijk uit deze twee, nectarine. ‘Voor de vorm’ wat bloemen – want anders denkt de klant dat het geen echte geur is. Met daaronder een constructie die dit vervliedende genot vasthoudt.
De onbekende neus koos voor Divine Decadence voor een mix van oranjebloesem, bergamot (door ‘Jacobs’ omschreven als romig; was hij tipsy?) – en ‘champagne’ in de opening. Overlopend in kamperfoelie, gardenia en hortensia. Op de bodem een droesem van amber, saffraan en vanille. De sprankeling klopt, de bloemen ook – in dit geval origineel: de frisse honingachtige zweem van kamperfoelie vermengd met de fluweligheid van gardenia die wordt versterkt en ‘opgezoet’ door de ambervanille-combi. Wel heel goed ruiken hoor naar de toegevoegde saffraan in de basis van deze stralende bloemengeur.
Alleen een echt ploppend, bubbles ‘AbFab’-champagnegevoel in de opening, dat niet. Dat ruik je trouwens ook niet echt in Yvresse 1993 (voorheen bekend, in dit geval what’s in a name, als Champagne) van Yves Saint Laurent. Ruik dàn eens voor de lol aan Pink Molécule 090.09 (2014) van Zarkoperfume. En: ik schrijf het vaker, en doe het weer: deze ingrediënten maar dan van niche-kwaliteit levert een prachtparfum op – dus Marcie, wat dacht je van een extract? Natuurlijk in zakformaat. Is dat ‘probleem’ ook weer opgelost.
Nog iets: voor het eerst gebruikt volgens mij in een geur: hortensia. Lees eens wat www.mooiwatplantendoen.nl erover meldt. Mijn ha-ha-ha! is daar geplaatst wanneer er uit de duim wordt gezogen en/of feiten het moet afleggen tegen gezellig getutschrijverij: ‘Laten we beginnen bij het begin. Daarvoor moeten we helemaal terug (ha-ha-ha!) naar 1739. In dat jaar gaf de plantkundige Grovonius deze bloem de Latijnse naam Hydrangea. Hij vond namelijk dat de vorm deed denken aan een oude waterkruik. Door de woorden ‘hydro’ (=water) en ‘angeion’ (=vat of kruik) samen te voegen, ontstond de naam Hydrangea. Een passende naam (ha-ha-ha!), aangezien alle Hydrangea-soorten veel water nodig hebben (ha-ha-ha!). Naast de chique (ha-ha-ha!) naam Hydrangea wordt deze uitbundige bloeier in de volksmond ook wel hortensia genoemd. Deze naam kwam voor het eerst voor (ha-ha-ha!) in het jaar 1771 en werd verzonnen (ha-ha-ha!) door de Franse plantkundige Philibert Commerson. Welke inspiratiebron hij daarvoor had is helaas niet helemaal duidelijk, maar het vermoeden bestaat dat hij de bloem naar een vrouw vernoemde. Wellicht heette zijn minnares zo of een bekende astronome uit zijn vriendenkring (ha-ha-ha!)? Het kan ook zo zijn dat deze naam werd ingegeven door dames uit de hogere kringen. Zo had hij warme banden met Hortense de Nassau, de dochter van de prins van Nassau, met wie hij eerder was teruggekeerd van een botanische expeditie. Los van eventuele verwijzingen naar een bepaalde dame (ha-ha-ha!), wordt er ook beweerd dat de naam hortensia voortkomt uit een vrije vertaling van het Latijnse ‘uit de tuin’ (ha-ha-ha!). Het Latijnse ‘hortus’ betekent namelijk ‘tuin’. En Commerson vond de hortensia, samen met allerlei andere bloemen en planten, in de tuin van de koning van Mauritius (ha-ha-ha!). Dat zou natuurlijk ook waar kunnen zijn… (ha-ha-ha!). Zoals we al zeiden; over de naamgeving van de Hydrangea dan wel hortensia kunnen we je veel vertellen. Wat de waarheid is? Dat is helaas niet meer te achterhalen (ha-ha-ha!) en blijft dus gissen… (ha-ha-ha!). Niet erg, zolang je maar geniet van al het moois dat de hortensia je te bieden heeft!’
Even terzijde: jammer en bevreemdend. De hortensia stelt eigenlijk teleur. Zo uitbundig bloeien en dan geen geur afscheiden? Flauw! Of doet ‘ze’ het ter compensatie? Misschien is de bloem in Divine Decadence symbolisch gebruikt. De overdaad in bloeien, de grootte van de ‘bloembollen’ – maar dat heeft niets met decadent en goddelijk te maken.