SATIJN-FIJN
BESCHAAFD BOUDOIR
Jaar van lancering: 2013
Laatst aangepast: 22/02/13
Neus: Nathalie Lorson
Ambassadrice & beau: inconnu
Regisseur: inconnu
Concept & realisatie: Lalique
Bij Lalique is het altijd afwachten of de nieuwe geur past bij het imago (dus ‘serieus’ is) of op de markt wordt gezet onder de druk van de concurrentie: kom je niet ieder jaar, liefst ieder seizoen, met iets nieuws dan schijnt de klant je te vergeten. Ik geloof alleen dat bij Lalique deze ongeschreven wet niet echt opgaat. Het huis heeft door zijn lange en interessante geschiedenis zo’n statuur dat het zijn eigen koers kan bepalen.
Maar doet het niet. Of laat ik het zo zeggen: het houdt met veel zijn geuren alle romantische clichés in stand: verliefdheid, gelukkig zijn en in geval van Lalique een klein beetje sensueel genieten. Al te dol, nee dat niet. Is niet beschaafd. Geldt dus ook voor Satine. Zie en hoor je vooral aan de promoclip. De voice over spreekt een taaltje die wij, niet-Fransen, leuk schijnen te moeten vinden: Engels met een énorm Frans accent. Ofwel, ‘franglais’. Gaat ongeveer zo: ‘Thiz-ze perfume isse very reumantic, for ze women who believes ien leuve…’ De geur gaat mee in de trend van, ja hoe moet je ze noemen, soft gourmands? Wel weer opvallend: de ‘ambassadrice’ is gelukkig niet een al te klassieke schoonheid zoals dat heet, ze heeft iets realistisch en haar stoere, maar wel gecultiveerde bebaarde compagnon helemaal – die je zie tegenwoordig in het echte leven steeds meer op iedere straathoek.
Iets anders: dat niemand eerder op het idee is gekomen de naam Satine te gebruiken. Past perfect in de poederige, met satijn gecapitonneerde boudoir-trend. Alles is zacht, alles is soft focus, alles wordt bekeken door een poederige waas. Nu de feiten: de flacon van Satine is – wat mij betreft vaagjes – gebaseerd op La Perle Noire een flacon die René Lalique in 1924 creëerde, plus – meer voor de hand liggend wat mij betreft – een wervelende plooirok van een dansende vrouw (zie je terug in de pub). De pay off (in franglais): ‘Lieving my driem that’z what I iem aboutt’. Die zwarte parel zie je dus terug op de standaardflacon. En in de oorspronkelijke mal van La Perle Noire werd de limited edition gegoten.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Satine wordt omschreven als een ‘oriental woody’. Voor mij is het eerder een ‘oriental musky’. Maar nog meer: een musky gourmand. Inhoudelijk is de geur interessant omdat het de ingrediënten op niet-traditionele plaatsen rangschikt in de compositie. Ook is het geen wervelwind, gelijk een ‘dansende plooirok’, omdat de neus geen frisse openingsnoten gebruikt.
Vanaf de eerste seconden kom je in poederige wolk terecht met bloemige nuances. Dus een flinke bos heliotroop (foto) met haar amandel-vanillenoot – vandaar de gourmand-link. Bloemig gemaakt door jasmijn (geeft lucht aan de heliotroop, maakt haar minder sticky) en gardenia (maakt de heliotroop nog zachter, fluweliger). En dit was dus niet het hart! Daarin wordt de (on)bewuste gourmandnoot voortgezet met tonkaboon en vanille lichtjes besprenkeld met roze peper ondersteund – nu komt de basis – door een houtnoot die sandelhout, vetiver en patchoeli met elkaar verbindt. Met een beetje hard doorruiken haal ik uit dit – eerder – ‘fantasiehout’ een idee van sandelhout door de lactone-noot. Maar het aardse vetiver en het nog ‘aardiger’ patchoeli, nee die niet. Ik moet eerder denken aan cahsmeran.
Satine is elegant, beschaafd ‘boudoir’, vloeibaar talkpoeder op de huid. Het heeft op een bepaalde manier wel wat – ondanks af en toe een scherpe musky totaalindruk – en past helemaal in de verfijnde uitstraling die Lalique, ondanks zijn steeds meer toegroeien naar masstige, nog steeds bij de gemiddelde kenner van het merk geniet. Op de homesite wordt niet voor niets gesproken over ‘the ultimate symbol of french luxury’.
RUIK & VERGELIJK
Vreemd of grappig, ik moet bij Satine toch heel sterk denken aan een verfijnde muskgeur. Dus geen animale musk, dus geen wasmiddel-musk, maar een die staat voor fragiliteit: porseleinscherven die in een vijzel handmatig worden fijngewreven tot het fijnste poeder denkbaar. En dan komen automatisch eveneens de volgende in me op:
Reminiscence – Les Classiques – Musc (1970)
Mona di Orio – Les Nombres d’Or – Musc (2010)