EEN ALLEMANSVRIEND OP NIVEAU
Jaar van lancering: 2012
Laatst aangepast: 26/02/13
Neus: Jean-François Latty
Concept & realisatie: Carolina Moncouqut
Soms wordt het me droef te moede, denk ik te stoppen met mijn ‘uit de hand gelopen’ meer journalistieke interesse voor geuren. Want de tsunami aan middelmatige onzinluchtjes die als je goed ruikt niet meer dan goede verklede shampoos zijn gaat maar door. De consument slikt het als zoete koe en weet bijna niet meer hoe een ‘echt’ parfum moet ruiken.
Maar dan, plotseling zie ik licht aan het einde van de tunnel, begint de zon te schijnen omdat je iets ruikt waarvan je denkt: ‘zo hoort het, dit is de bedoeling van parfum’. Ik heb met de nieuwe versies van Julia (2005) en Alahine (2007) van Teo Cabanel. Die bleken te zijn aangepast ten goede, net zoals Cabanels andere geuren (ook de flacons werden vernieuwd). Vertelde Maria van Geuren me tussen neus en lippen terwijl ik haar parfumbar bezocht onlangs. Ik was getriggerd omdat beide parfums vanaf de lancering een blijvende indruk op me gemaakt hebben en me bijna niet kon voorstellen dat ze voor verbetering vatbaar waren. Ik bedoel dan niet aanpassingen zoals is gebeurd met bijvoorbeeld Hermès’ Ambre des Merveilles (2004) en Alien (2005) van Thierry Mugler, dat zijn eerder variaties verkocht als nieuwe geuren.
Ik bedoel wel: dat de neus vindt dat de geur net iets meer sillage nodig heeft, net iets meer verfijning, net iets meer ‘diepgang’. Dat de verhoudingen van de smaakmakers onderling worden aangepast. Het effect: Julia wordt groener en spankelender, Alahine rijker en sensueler, en behoudt toch een luchtige ondertoon. Knap. En fijn om te weten dat een neus/huis zichzelf verplicht dit te doen vanuit hun beroepsethiek.
Daar staat dan weer tegenover dat nieuwste geur Hegoa, met evenveel liefde gemaakt, net zoals Early Roses (2010) toch meer mikt op de minder veeleisende neus. Dat wil zeggen: de geur doet ‘minder moeilijk’, is een allemansvriend en hoef je als man, als vrouw niet echt leren te begrijpen omdat het een geliefd en inmiddels herkenbaar parfumingrediënt naar een hoger niveau tilt: groene thee. Hegoa is genoemd naar een wind waarvan ik nog nooit van had gehoord en die blaast over Zuid-Frankrijk. Iets preciezer gelokaliseerd: in de buurt van Spanje, gezien Haize Hegoa zuiderwind in het Baskisch betekent. En of deze wind warmte (zoals de Mistral of Chergui) aanvoert of koelte is onduidelijk. Ik hou het op het laatste, gezien de ontzettende frisse en verkwikkende tinteling die geur heeft.
Olfactorisch doet Hegoa me denken aan de Acqua Allegoria-reeks van Guerlain: met de beste ingrediënten denkbaar een zomers, ongedwongen en fris gevoel oproepen.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Natuurlijk al honderden malen gebruikt voor een opening, maar in Hegoa ruik je citroen, bergamot en mandarijn van de opperbeste kwaliteit: een licht cologne-effect dat schuurt en prikkelt maar direct overloopt in prachtige groene theenoot: fris, waterachtig en die de citrusnoten tempert waardoor je goed de rustgevende werking van groene thee (foto) ervaart. Hierachter schuilt een roos die als het ware in de schaduw van de thee blijft, slechts een licht zoetbloemig accent.
Ook prettig: de transparante aqua-toon blijft ondanks witte musk en ambernoten gewaarborgd. De thee is namelijk zo goed gedoseerd, wordt niet te donker waardoor je al ruikende het idee hebt dat je een kop, gekoelde groene thee met citroen drinkt. Ongecompliceerd maar uitgelezen.
RUIK & VERGELIJK
Groene thee, daar kom je een heel eind mee. Is van een avant-gardistisch ingrediënt tot een crowd pleaser van de eerste orde uitgegroeid. De bekendste:
Bvlgari Eau de cologne au Thé Vert (1992)
Elizabeth Arden Green Tea Scent (1998)
L’Occitane Thé Vert (1999)
Roger & Gallet Eau de Thé Vert (2000)