EEN ROOS VOOR DE MAN
Jaar van lancering: 2010
Laatst aangepast: 15/11/10
Neus: François Robert
Marie-Hélène Rogeon heeft het niet van een vreemde: ze stamt uit een familie van parfumeurs. Zo creëerde haar overgrootvader, Louis Panafieu, volgens de site een cologne voor keizer Napoléon III (1808-1873). Voor ze Les Parfums de Rosine (anno 1991) oprichtte, werkte ze voor diverse parfumhuizen. Maar zoals zovelen die haar voorgingen en volgden, ondervond ze daar dat authentieke creaties het steeds meer moesten afleggen tegen de commercie. Parfumkenners moeten bij de naam denken aan Paul – ‘le magnifique’ – Poiret (1879-1944). De eerste couturier die zijn naam aan geuren verbond: in 1911 richtte hij Les Parfums de Rosine op (genoemd naar zijn dochter). Met prachtige poëtische parfumpresentaties tot gevolg. De eerste: La Rose de Rosine (1912). Zijn couture- en parfumhuis overleefden de economische crisis van 1929 niet. Hij raakte snel vergeten. De link met zijn en het parfumhuis van Marie-Hélène Rogeon: haar grootouders schijnen voor Poiret te hebben gewerkt als parfumeurs.
In al haar geuren staat de koningin onder de bloemen centraal: de roos. En dat deze geliefde bloem zeer divers – ‘trots, timide, teder, voluptueus’ – kan ruiken heeft ze inmiddels bewezen. François Robert mengt haar voor Marie-Hélène met citroen, gember, viooltje en zelfs met een wijnextract. Het moet wel gezegd: als je haar boetiek bezoekt – Jardin du Palais Royal 105 Galerie de Valois, Parijs – en alle parfums op je laat inwerken, wordt het zelfs voor de geoefende parfumkenner moeilijk ze van elkaar te onderscheiden.
Wat je krijgt is een ‘Rose Absolue’-gevoel van Annick Goutal (1984). Logisch want wat je ruikt is roos, roos, roos. Moet ook gezegd: de kwaliteit is superieur. Ruik je ook in Rosisisimo, na Rose d’Homme (2005) en Twill Rose (2007) haar derde rozenparfum voor de man: ‘Een echo van talrijke tuinrozen die soms een verrassende citrusgeur verspreiden, dan weer verbazen door een grapefruitaccent’. Het effect: ‘Rossisimo verbaast door zijn kracht en elegantie’.
Rossisimo is een en al tederheid en valt op door het ‘feminine’ karakter. Wennen voor de man gewend aan geuren uit de ketenparfumerie waar roos nog in een adem wordt genoemd met ‘vrouw’. Mannen echter die parfums puur om de geur kopen – en van de geur van roos houden – kunnen 100 procent opgaan in Rossisimo.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Ik hou van rozenparfums. Niet om altijd te dragen, maar wel om te genieten van de veelzijdigheid van de roos. Bij Rossisimo moet ik denken aan de diverse ‘fruitige’ variaties op Yves Saint Laurents rozenparfum Paris (1983) denken, zoals: Paris Roses des Vergers (2006). Komt door de ongekend frisse opening van Italiaanse citroen, roze grapefruit en neroli voorzien van groen accenten van rozemarijn en ijzerkruid. In het hart bloeit vanzelfsprekend de roos oppermachtig omringd door haar ‘vaste partner’ jasmijn. De afronding zou je mannelijk kunnen noemen: cistus labdanum, eikenmos, vetiver, benzoïne en dennenhars. Maar deze combinatie ruik je ook vaak in vrouwengeuren. Zelfs de leernoot, die ik trouwens in Rossisimo niet onderga.
RUIK & VERGELIJK
Mannen en roos: nog steeds een ongewone combi. De nichesector denkt daar anders over. Die maakt over het algemeen geen onderscheid tussen mannen- en vrouwengeuren. Je koopt een geur om de samenstelling die je aangenaam vindt, niet of die is opgebouwd uit ‘mannelijke’ en ‘vrouwelijke’ ingrediënten.
Serge Lutens Sa Majesté La Rose (2000)
Parfum d’Empire Eau Suave (2003)
Guerlain – L’Art et la Matière – Rose Barbare (2005)