HÈT PARFUM VERSUS ‘LEKKER LUCHIE’
EEN ‘GEZELLIGE’ GIRLY GEUR!
Jaar van lancering: 2015
Laatst aangepast: 17/10/16
Neus: Alberto Morillas
Model: good old Linda Evangelista
Concept & realisatie: Jeremy Scott
Tegenover een bijna religieuze verering van het parfum en de symbolische boodschap die het kan verkondigen – Mona di Orio – staat natuurlijk een dikke middelvinger vol trots omhoog gericht: Moschino. Dat deed de oprichter Franco Moschino (1950-1994) heel graag zelf – op een van zijn populairste T-shirts stond niet geprint Chanel N° 5 maar Channel N° 5. En zijn navolgers zetten deze parodie op het parfum, parfum als gagdet voort. Qua presentatie dan. Want wat beide extreme visies verbindt – geld verdienen – krijg je alleen voor elkaar als de inhoud enigszins klopt, verkoopbaar is.
Een parfum dat echt stinkt in de klassieke ‘beleving’ van het woord is de ultieme middelvinger. Maar daar waagt Jeremy Scott zich niet aan. Terecht. Hoeft ook niet. En daarvoor zijn de belangen te groot. Hij is sinds 2013 artistiek directeur en kreeg de opdracht om het kietelen, plagen en uitdagen voort te zetten. En dat doet hij blijkbaar goed – Moschino wordt als luxe modemerk weer serieus genomen, en vooral bij een nieuwe generatie – de kleding en geuren hebben hoog gimmick- en Instangramgehalte.
Franco Moschino zette voort wat Jean-Charles de Castelbajac ooit in gang zette: mode als ‘bewegende’, mainstream en draagbare pop art. Dus het alledaagse als uitgangspunt nemen. Niet zoals het authentiek burgertrut Libelle-, Margriet- en Happines-cliché (voor bevrijde vrouwen) dat daar ook schoonheid is schuilt – men neme een pointillistische schaduw over een mok verse muntthee in een zomertuin. Maar wel de schreeuwende kleuren en dwingende lelijkheid waarmee we in ons dagelijks leven en streven worden omringd.
Culminerend in de bijna letterlijk niet te vermijden wereld van ‘ordinaire producten’-reclame: bijvoorbeeld die van de schoonmaakmiddelenindustrie. Zeefdrukte Andy Warhol dat verdomde handige keukenhulpje Brillo, Jeremy Scott transformeert een ‘Glassex-spuitfles’ – ‘Handig, maar wat jammer van de strepen die het achterlaat op de ramen’ – tot een echt parfum. De ironische boodschap is duidelijk en wordt versterkt door de naam – Fresh Couture. Kun je tegelijkertijd interpreteren als een frisse kijk op mode en geur. Én slaat natuurlijk op de inhoud.
Wat ik echt een gemiste kans vind: de spraytechniek. Wil je overtuigen met een vette knipoog dan moet het totaalconcept vanzelfsprekend zijn – god of de duivel schuilt dan in de details. Ik ging er vanuit dat knijpend op de ‘handle’ – of hoe heet zoiets eigenlijk? – de geur tevoorschijn zou sprayen. Nee dus, de ‘handle’ fungeert louter als dop die je er af moet halen om op een gewone spray-knop te drukken. Jammer. Overtuigd daardoor minder.
Dat een ingenieuze spraymogelijkheid het gebruikersgenot kan verhogen, bewijst het schoolvoorbeeld voor mij: Le Classique (1997) van Lolita Lempica: zit in het steeltje van de appelflacon verwerkt. Zou toch leuk zijn als het – waarschijnlijk niet geplande – parfumextract van Fresh Couture hier wel ‘rekening mee zou houden’. Wordt dan direct aangekocht door de zich wereldwijd nog steeds uitbreidende musea van moderne kunst.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Het verwijt: steeds meer populaire geuren ruiken naar veredelde shampoos. Oorzaak: er worden haast geen natuurlijke ingrediënten meer gebruikt in ‘masstige’-geuren waardoor je de klassieke sensatie mist: een geleidelijke, vanzelfsprekende zich in lagen aandiende olfactorische ontwikkeling.
Het gevolg: ‘gezellige geuren’ die voor ze de eindflacon bereiken door diverse testpanels zijn ‘gecustomized’. Eindresultaat: crowd pleasers. Maar dat is wat anders dan de ‘gemiddelde’ geur die een schoonmaakproduct kenmerkt. Wordt wel eens vergeten: ook dat zijn composities meestal gemaakt door neuzen in opleiding, als voorproefje voor het echte werk.
Met soms wonderlijke resultaten. Een van de vaatafwasmiddelen die ik in mijn Brusselse keuken gebruik, verspreidt een aangename lelietje-van-dalengeur. Het – biologische – witwaspoeder daarentegen maakt een scherp, harde indruk: een overgedoseerde witte musk aangelengd met een ‘soort van’ ambroxan.
Ruik je schoonmaakmiddel in Fresh Couture? Is een kwestie van hoe je tegen geur aankijkt, wat je er van verwacht. Wat ík verwachtte, ruik ik: een door rood fruit aangedreven vriendelijke roze bloemengeur die niet moeilijk doet en waarvan bijna elk populair parfummerk er nu op zijn minst één in de collectie heeft. Ooit begonnen met – laten we het niet vergeten – Yves Saint Laurents Baby Doll (1999) en waarmee nu Marc Jacobs met zijn Daisy Eau so Fresh-variaties volgens mij de meeste – grapje: rode – vruchten van plukt.
Fresh Couture opent met een rood fruitmelange waaruit uiteindelijk de framboos komt bovendrijven omringd door ‘gezoete’ van hun echt schurende en prikkelende effect ontdane citrusvruchten. Maar niet zó fris dat je echt een ‘schoongemaakgevoel’ krijgt, was als knipoog wel zo leuk geweest. En ik wou dat ik ze kon ruiken in het hart: de ylang-ylang (koppig sensueel), pioenroos (als het goed is kruidig-zoet) en osmanthus (liederlijk makend ‘rozijn-rum’-bloemetje). Maar samen leveren ze in dit geval een ‘impressie van’ bloemen op met de nadruk op ‘het idee van’ gezoete pioenroos.
De afronding is vertrouwd en komt in de buurt van een gemiddeld schoonmaakmiddel: fris en clean door loads of witte musk met, als het geheel goed is ingetrokken, een lichte houtnoot, maar ook weer clean en bleek. Wit hout dus: cederhout en een ‘geklaarde’, van zijn kamfernoten ontdane patchoeli.
Eindconclusie: Fresh Couture is geen parfum in de klassieke zin van het woord, maar wel – was ook de bedoeling – ‘parfun’. Ofwel, parfumpret, een ‘gadget-geur’ voor als je nog geen hoge eisen stelt, maar je gewoon een aangenaam, niet heftig-provocerend ‘begeleider van de dag’ wil dragen waar waarschijnlijk niemand vragen over zal gaan stellen. Niet van: ‘Wat draag jij in hemelsnaam?’ Niet van ‘Wat ruik je lekker!’ Het is er gewoon. Zoals zovele roodfruitrozebloemengeuren. Maar de flacon krijgt wel een ereplaats in mijn collectie. Waarom: als gezond antidote-relativering voor alle merken die parfum al te ‘holy holy, I bow to you’ nemen.