DAS IST DIE BERLINER LUFT, LUFT, LUFT!
Jaar van lancering: 2015
Laatst aangepast: 18/11/15
Neus: Véronique Nyberg
Concept en realisatie: Lutz Hermann, Tamas Tagscherer
Het is maar een detail. Niet wereldschokkend, maar wekt bij parfumkenners toch direct interesse op. Zou het echt zo zijn (geweest)? Wat? Nou, deze bewering van een van de heroprichters van J.F. Schwarzlose, Lutz Hermann: ‘Als je de resultaten van het onderzoek serieus neemt, dan is 1A-33 voor N°5 van Chanel ontstaan, dan is het concept dus van nummering en het aandeel van aldehyden behoorlijk cool’. Wat het eerste betreft: Guerlain lanceerde in 1909 Chypre 53 (gingen daar 52 aan vooraf?), Floris in 1910 Special N° 127 (gingen daar 126 specials… ?).
Wat de aldehyden betreft: er wordt geen jaartal gegeven. Moet in ieder geval voor 1921 zijn geweest. Mijn fantasie slaat op hol. Misschien heeft de ‘uitvinder’ van de aldehyden en dus van N°5 – de neus Ernest Beaux – op weg naar Parijs contact gezocht met J.F Schwarzlose – hij was tijdens de Russische revolutie van 1917 zijn vaderland ontvlucht. Wetende dat hij een tijdje met het aldehydenconcept heeft lopen leuren – François Coty vond het te duur, Coco Chanel niet. En echt ruiken doe je het ook niet, gezien de compositie een moderne adaptie is.
Maakt de originaliteit van de naam er in ieder geval niet minder om: 1A-33 staat voor het toenmalige autokenteken van Berlijn (1A) en het Berlijnse district (33) waar de fabriek van Treu & Nuglisch (later omgedoopt tot de huidige naam) was gevestigd.
Ook het beeld is leuk en amusant: Berlijnse zomers tijdens het interbellum – een wandeling over boulevard Unter den Linden, een uitje naar het Strandbad Wannsee. Dit is dan weer niet nodig: ‘De geur had ook op Capri of aan de Côte d’Azur kunnen zijn gemaakt, zo heerlijk mediterraans is de compositie’. Zo maak je van iets specifieks, iets eigens direct ‘wat iedereen lekker vindt’.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Volgens Véronique Nyberg niet een sentimentele geur in zijn moderne vorm. Klopt: ik ruik een moderne, transparante, frisse bloemengeur zonder echt een opvallend aldehydenaccent. Het effect: inderdaad zomers stralend, ontluikend met ‘Berlijnse energie’. Ofwel een pittige bries van zoete mandarijn (hierin zit een heel klein ‘aldehydetje’ volgens mij), limoenbloesem, roze peper en een ‘waterdruppel’-akkoord. Dit loopt via het ‘heritage’-akkoord over in sambacjasmijn en magnolia waar van de groene kant meer wordt belicht.
De ‘vintage edge’ – cederhout en iris – zorgt op het einde dat de bloemen een zoet-poederig laagje krijgen. Véronique Nyberg spreekt zelf van ‘candied flowers’. Dat suggereert gourmand, maar is het niet echt voor mij. Aangenaam, maar ik had gezien ‘historische importantie’ op de een of andere manier aldehyden, meer vintage willen ruiken. Kan hoor: gewoon layeren met N°5. Verhouding 1 op 5.