IN GOUD GEHULD HOOGDRAVERIJ
VOOR EEN ELEGANTE ‘GEDROOGDE’ LEERGEUR
Jaar van lancering: 2015
Laatst aangepast: 07/07/15
Neus: Marie Salamagne
Concept & realisatie: Jean-Philippe Clermon (zie foto)
Weer een nieuw parfumhuis dat zich allerminst bescheiden opstelt: alles is goud wat er blinkt bij Ateliers des Ors zo lijkt het. Vrij vertaald: atelier van goud, maar dan in meervoud. En alles is ook nog eens edel: ingrediënten, composities, presentatie, verpakking, flacon.
Eigenlijk vanzelfsprekend als je de lat zó hoog legt: ‘to deliver haute parfumerie with poetic elegance, mystery and passion, grounded in French classicism’. Alsof dat niet genoeg is, wordt het de lezer op de site nog een keer ingewreven dat hij op een bijzondere ervaring wordt getrakteerd: ‘nobility of the materials used in the development of our fragrances. Nobility of materials used in the creation of our boxes and bottles produced as works of art. Quality and sleek curves for enhanced elegance and refinement’.
To top it off, en dit klinkt werkelijk absurd: ‘Nobility, a guarantee of respect to the people who love our products and the promise of a unique experience’. A guarantee of respect? Hoe verzinnen ze het. Alsof zoiets niet vanzelfsprekend is bij alles wat je doet – ook buiten de parfumerie. A unique experience? Come on! Elke ervaring is uniek (even goed doordenken). Kan er ook nog wel bij: ‘the pursuit of perfection’. Nou vooruit, nog eentje dan: ‘gold, quest of eternity, mingles in our creations with rare essences. In a gilded caress. Its spiritual and symbolic dimension is an integral part of our fragrances’.
Misschien raken jullie hierdoor dol-über-laaiend-loeiend-enthousiast, ik moet oppassen dat ik niet in een neerwaartse, gemakkelijk-cynisch observatie-spiraal terecht kom. Ik gun iedereen zijn succes, maar val de nicheconsument anno 2015 niet meer lastig met dit soort holle statements. Die weet heus wel wat er speelt – wat bijzonder is. Respect!
Luxe schuilt juist in het níet benoemen van je Geweldige Product – dat moet vanzelfsprekend zijn, moet blijken. Let wel: ik vind de presentatie pas mal – de flacon met zijn als zonnestralen geslepen facetten heeft op de andere manier een Lodewijk XIV-uitstraling. Het zeepaardje – begrijp ik in verband met ‘al het goud’ niet helemaal als symbool – is sierlijk gekozen. Maar als iemand anders het ‘been there, done that’, lelijk of teveel van het goede vindt – tant pis, tant mieux.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Een ‘sta in de weg’: dat ik door al dit zelfgefeliciteer, mijn lat qua verwachtingen niet te hoog leg. Gelukkig: voor een leergeur kun je me altijd wakker maken. Risico: leer als niche solo-ingrediēnt is zo duidelijk in zijn intenties dat het vaak inwisselbaar wordt. Dat je de een niet direct weet te onderscheiden van de ander.
Cuir Sacré is wordt voorgesteld als een Andalusische droom, een wandeling door de straten van Córdoba. Een stad met een zeer bewogen en zeer boeiende geschiedenis. Klein detail: het was beroemd om zijn leerindustrie die teruggaat tot de tiende eeuw tijdens het kalifaat van Abd al-Malik en door de oprichter Ramón García Romero van het gratis toegankelijke Casa Museo Arte sobre Piel (leermuseum) voor de vergetelheid werd behoed.
Córdobaleer (foto) wordt ook wel cuir de Cordoue, cordwain, cordovan (betekent ‘van Córdoba’) en gold leather (van het Nederlands goudleer) genoemd: leren, met bladgoud bewerkte panelen die tijdens de Spaanse, Franse, Vlaamse en Nederlandse Gouden Eeuw de wanden van (stads)paleizen en grachtenpanden van de Europese well to do sierden als alternatief voor tapijten. Maar ook toegepast op juwelenkistjes, boekkaften, kisten, kamerschermen en meubels. En de techniek wordt nu weer een beetje en vogue vanwege de exclusieve en ambachtelijke uitstraling: Chanel verwerkte het onlangs in een tassenlijn.
Glinsterend allemaal, maar ik vind Cuir Sacré geen heilig leer (wanneer wordt leer heilig?), ook geen goud leer. Ik moet eerder denken aan roest, oud, ‘vergeten’. Want de geur is stroef, aangenaam dat wel. Mooie opening met jeneverbes die de groene frisheid van een kardemon-overdosis enorm versterkt zonder waterig, luchtig en daardoor ‘te toegankelijk’ te worden. Het rokerig-ijle aspect van jeneverbes begeleid het leer op elegante wijze door de hele compositie, maakt het stoer.
Ondanks de toevoeging van het ‘gouden kruid’ saffraan. Die geeft een niet-smeuïge, maar wel een eveneens elegante droogte aan de compositie. Opvallend is de overvolle vetiverbasis (die ook goed samengaat met de rokerigheid van jeneverbes) van Cuir Sacré. Geeft het geheel een sterke, houtachtige onderlaag. En door het ontbreken van bloemen, is de geur eerder een mannelijk dan vrouwelijk – tenminste als je nog in deze discriminatie gelooft – te noemen.
Gewoon goed gedaan, een mooie ronde geur. Cuir Sacré spreekt voor zichzelf. Heeft al die gouden toeters, gouden bellen, gouden trompetgeschal en met bladgoud geschreven woorden niet nodig.