PARFUM VOOR EEN ‘FAUTE FRAU’
EEN 21STE EEUWSE SHALIMAR
Jaar van lancering: 2013
Laatst aangepast: 08/11/14
Neus: Angelo Orazio Pregoni
Ambassadrice: ‘Eva Kant’
Flaconontwerp: onbekend
Gevaarlijke vrouwen schijnen een enorme aantrekkingskracht op mannen hebben. In ieder geval in hun fantasie. In het dagelijks leven houden ze, zo lang het nog kan, liever de klassieke rolpatronen in stand.
En zijn ze nu vooral op zoek, volgens een serieus onderzoek uitgevoerd door de universiteit van Utrecht op de verzoek van de Volkskrant, naar ‘slim’ en ‘lief’. En kicken en licken ze niet meer op dikke tieten, maar zijn ogen bepalend voor de aantrekkelijkheid van de vrouw. Ik geloof er niets van. Mannen hebben gewoon het lef niet te kiezen voor hun ‘jouw’ femme fatale, aan haar grillen toe te geven, naar haar geboden te luisteren, aan haar macht te onderwerpen. Weg van de saaie hypotheek- en Ikea-middelmaat, weg van de ‘Lindalezeres’-vrouw met verwende H&M-nesten en auto van de zaak met bijtelling. Wegzinken in een wereld waar aan geld geen gebrek is waardoor je je kunt overgeven aan een 365/24/7-orgie van plezier, lust en sensualiteit. Dat willen ze, maar durven daar niet aan toe te geven – is nu not done, blijft dus alleen geserveerd voor je eigen fantasie en/of verfilmde, geschreven fantasie van een ander.
En wat daarbij komt: veel mannen zijn vergeten zijn wat ware sensualiteit is omdat ze porno met seks verwarren, niet meer weten hoe je sensualiteit het meest indringend kunt ervaren? De oplossing volgens Angelo Orazio Pregoni: ‘Laat je leiden door reuk, want dat is het enige zintuig dat een instinctieve taal spreekt en die authentieke sensualiteit identificeert’. Zo ontstond Eva Kant: ‘Een eerbetoon aan de mythische, beeldschone dievegge uit de al meer dan vijftig jaar door zijn contrasten en veelzijdigheid verrassende Italiaanse strip met cultstatus Diabolik’.
Voor Pregoni uit pure, ware sensualiteit zich ‘in tegenstellingen en het vermogen sensaties en gevoelens op te roepen’. Eva Kant symboliseert dit: ‘Ze is meer dan mooi, want ook sexy en gevaarlijk zonder scrupules’. Anders gezegd: ze is een ‘crimineel met een sterk eergevoel. Een perfect voorbeeld van hoe charme zich voedt met tegenstellingen – geen sensualiteit zonder dubbelzinnigheid, geen aantrekkingskracht zonder angst’.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Pregoni: ‘Het parfum vertaalt de aantrekkingskracht van Eva Kant in een olfactorische ervaring. Het verleidt, maar weten dat als we ons aan haar overgeven, we reddeloos verloren zijn. En toch kunnen we haar niet weerstaan’. Nou, een beetje gezwollen deze omschrijving maar dat neemt niet weg dat het een zeer interessante geur is.
De opening (de vettige substantie is meer olie dan geparfumeerd water) geeft even de uiteindelijke bedoeling weer: een pittige sensualiteit met nuances van tipsy cake die snel vervliegt en later weer terugkomt in de basis maar toch helder en citroenachtig blijft; Eva Kant zuigt zich niet dicht zoals een tipsy cake.
Mooi om te ruiken hoe zuiver en zonnig de grapefruit (die neigt naar citroengras; zou dat door de toegevoegde kamille komen…) en lavendel zijn – O’driu: ‘Een gevecht zonder winnaar’ – en lang met elkaar jongleren: pittig-fris, zoet-bloemig, pittig-bloemig om bloemig-fris te eindigen.
Op weg naar het koppig-bloemige- waarin sensuele ylang-ylang wordt omringd door een frisse, maar toch volle fluweel-oosterse magnolia – komt de smeulende basis in het vizier. Terzijde: elegant hoe de gember de boodschap van de grapefruit overneemt en samen met de ook duidelijke waarneembare kardemon de bloemen omringen met een flitsend aura.
En dan? O’driu: ‘Donkere wouden verklappen dat we op een geheime plek zijn, mysterieus, misschien wel dodelijk!’ Ofwel, een sensueel versmelten van melkachtig mirre, en op een andere manier ook melkachtig sandelhout, warm-zoet gemaakt door benzoïne en vanille. O’driu: ‘Een hypnotiserende ervaring om keer op keer te beleven, om steeds nieuwe en diepere lagen te ontdekken’.
Zit wat in: want op mijn linkerhand ruik ik veel sterker de gember, kardemon en mirre – modern-oriëntaals – terwijl op mijn rechter Eva Kant een meer klassiek-oriëntaalse indruk maakt. Op een andere manier is de geur ook klassiek: voor het aan zijn einde is gekomen heeft Eva Kant een aantal geurstadia doorlopen die in plaats van lineair zich meer in elkaar overlopende cirkels bewegen. Iets dat tegenwoordig steeds minder voorkomt: binnen een minuut wordt de bedoeling prijs gegeven.
Odriu is alternatief: door zijn artyfarty benadering van het parfummetier en het feit dat zijn composities bijna honderd procent natuurlijk zijn. Maar haal je alle toeters, bellen en drempels weg, onderga je de geur blind dan blijkt die minder moeilijk, minder ‘bizar’ en grensverleggend volgens sommige blogs die de geur de hemel in jubelen. Met een beetje fantasie kun je Eva Kant de 21eeuw-versie van Guerlains Shalimar (1925) noemen – de standaard voor een Europees-oosterse geur: volle vanille-sensualiteit alleen omringd met ‘modern-frisse’ ingrediënten.
Oh ja: de geur zit in erg leuke flacon. Beetje Bauhaus-achtig, kubistisch met Afrikaanse motieven; een persoon opgebouwd uit een paar geometrisch vormen. Oh ja: de geur is ook heel man-vriendelijk tenminste als je gewend bent aan A*Men (1996) met zijn drank-, leer,- sigaar- en koffievariaties geleverd door Thierry Mugler.