ALEXANDER WANG MOET OOK B ZEGGEN
Jaar van lancering: 2014
Laatst aangepast: 19/10/14
Neus: Domitille Bertier
Ambassadrice: Anna Ewers
Fotografie: Steven Klein
Flaconontwerp: ?
Is er een verband tussen de nieuwe aangestelde ontwerper bij Balenciaga en B.? Heeft Alexander Wang de zich wel of niet nog in de ontwikkelfase bevindende nieuwe geur – Irispallidabotanica? – nog kunnen bijsturen? Feit is wel: B. is wéér een nieuwe look, wéér een nieuwe esthetiek waarin wat mij betreft wéér niet de strenge Balenciaga-esthetiek en jaren zestig-chic op een bevredigende manier is vertaald naar het ‘nu’. Denken ze op de Balenciaga-burelen natuurlijk anders over – Wang incluis.
Talking about clichés: ‘B. refers of every element required in the process of evaluation of what had been done and what had never been done before’. Zegt Wang. Maar dit kan iedereen zeggen en niet alleen met betrekking tot geuren. Hij zegt ook dat met B. ‘he wants to make a new breakthrough of the house and transfer the dna of the brand with the composition, design of the bottle and style’. Wie droomt daar niet van? Elke nieuwe aangestelde ontwerper, toch?
En nu kan ik nog wel meer afwegingen en analyses maken, maar dat doe niet. Want een andere gedachte komt er steeds tussen: waarom zie ik niet – is wel de bedoeling – de beroemde marmeren vloer van de couturesalon – 10 avenue George V Parijs – terug in de als ‘very elegant and artistic’ omschreven flacon? Het ‘marmeren’ effect? De twee ‘golven’ op de flacon? De dop? Somebody help me. En dat mag ook met de naam. B. staat voor Baleniaga, dat snap ik. Maar verder? B. is belle? B. ‘isse’ bieautifoelll (op z’n franglais)? B. is bravoure? Op naar de geur.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
De afgelopen jaren heeft Nicolas Ghesquière uit naam van Balenciaga wel een zekere geursignatuur neergezet met groen als verbindende factor. Niet in de zin van fris en voorjaar, maar eerder in ‘nieuw groen’, viooltjesbladgroen, knisperend groen, sensueel groen met poederige ondertonen.
Herken je ook in B. In drie hoofdnoten: viooltjesblad, iris en ambrette. In meer woorden: een interessant geur. Ten eerste: het ‘andere’ groen is dit keer groene sojaboon (foto) die hoewel wranger, toch een geurlink heeft met de doperwt en de siererwt – vegetaal, zoet-waterig, beetje stroef (kon je ook zo mooi ruiken in Marc Jacobs’ Green (2006). Het lijkt alsof je die al vanaf het begin ruikt, dwars door het lelietje-van-dalen heen, dwars door het viooltjesblad heen. Dit groene spoor wordt chic gemaakt, opgewaardeerd door poederig iris die door ditzelfde groen zijn meer fris dan aards is. Nog meer opwaardering volgt in de basis: ambrette – het chique zaadje met zijn natuurlijke musknoot die het ceder- en ‘kasjmier’-hout een zwoele omlijsting geeft, zonder plat te worden.
En B. zou volgens mij nog meer Balenciaga zijn geweest als de iris ‘boteriger’ en de ambrette voller en het hout meer ‘sandel’ was geweest. Dan krijg je zo’n lekkere, volle vanzelfsprekende chic. Toch, nu al, inhoudelijk een goed geslaagde poging om het vernieuwde Balenciaga-dna voor te zetten. De buitenkant? Alleen als je vindt dat deze esthetiek veel overlappingen heeft met die van andere luxemerken ‘in overgang’: amechtig, naar anorexia neigende modellen die je zielloos, ‘de-humanised’ naar de camera, naar jou staren.