‘DE PERFECTIE VAN SLECHTS ÉÉN WITTE BLOEM’
MAAR: WHERE HAVE ALL THE FLOWERS GONE?
Jaar van lancering: 2014
Laatst aangepast: 11/05/14
Neus: onbekend
Ambassadrice: Kate King
Fotografie: for the first time Domenico Dolce!
Videoclip: ‘long-time friend’ of Dolce & Gabanna Giuseppe Tornatore
Wat een beauty! En zo jong nog! Als je haar goed in de ogen kijkt, lijkt ze al meer levenservaring te hebben dan haar leeftijd doet vermoeden. En ze is, hoewel opgegroeid in Canada, de perfecte belichaming van wat Dolce & Gabbana zich bij een Siliciaanse voorstellen – de bewoonster van het eiland dat dient als gedroomd decor voor bijna al hun geuren.
Wordt Kate King de opvolgster van haar landgenote? Daria Werbowy, je weet wel dat topmodel dat zowel voor Prada Parfum (2004) als Lancôme’s Hypnôse (2006) de ambassadrice-functie waarnam, waardoor volgens mij beide geuren niet de geambieerde droomstatus bereikten. Ofwel, een gedegen concurrent van Diors J’Adore (1999) en Chanels Coco Mademoiselle (2001).
Waarom ik over de modellen zit te trutten en en niet over de geur? Op de eerste plaats: Domenico Dolce en Stefana Gabanna doen het zelf. Het is hun parfum-uithangbord dat voor de zoveelste keer la dolce vita op Sicilië bejubelt: ‘Dolce bloeit in de herinneringen van Domenico en Stefano. In de antieke spiegel die hing in de kleermakerszaak van Domenico’s vader in Polizzi Genrosa, bij Palermo en die nu hangt in het kantoor van de ontwerpers komen reflecties van emoties en traditionele waarden terug tot leven’.
Ze slaan behoorlijk door dit keer. Domenico: ‘De adel van de ziel, de elegantie van alledaagse bewegingen, het geluk van delen van generatie op generatie en de perfectie van slechts één witte bloem. Dit is het beeld van Sicilië dat ik bij me draag, en de bloem gevangen in deze delicate geur’.
Stefano: ‘Dolce is een hedendaagse geur geïnspireerd door een herinnering. De originaliteit schuilt hem niet alleen in de manier waarop die is gecreëerd, gebruikmakend van traditionele en brandnieuwe essences, maar ook omdat het de vertaling is van een jonge, nieuwe liefde die door de deugd van haar onschuld, haar jeugdige vitaliteit blijft behouden’.
En dan de videoclip: heeft een hoog Bertolli- en Bertolucci-gehalte. De eerste: olijfolieproducent. De tweede: gevierd Italiaans regisseur. Beide toveren een wereld die al lang niet meer bestaat. Eenvoudige landjongen probeert de aandacht te trekken van een bella donna die standsgewijs eigenijk ver boven hem verheven is. Maar dan is er de liefde – die heeft lak aan maatschappelijke conventies. Zijn postillon d’amour: een takje oranjebloesem die je wel of niet ruikt in Dolce.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Ja, de dop is mooi gemaakt. Beetje vintage-uitstraling, zwevend tussen bakeliet en porselein, maar toch plastic fantastic. En dat geldt wat mij betreft ook voor de inhoud. Want, ik ruik de opgesomde ingrediënten niet echt. Test Dolce al een tijdje, en bij elke spray heb ik het gevoel een andere geur te ruiken. Word ik bij de neus genomen? Gaat de onbekende neus met ons aan de haal? Mijn indruk: een transparante, lichte, zoetige bloemengeur met een groenachtige toets met niet zo’n fatale uitwerking als de ogen van Kate King ons ‘beloven’. Braaf en smaakvol, maar zonder een duidelijke boodschap.
Dit zijn de klassieke ingrediënten: neroli-blad, narcis, witte waterlelie en sandelhout. De ‘nieuwe’: papayabloesem en – ta-da! – volgens Dolce & Gabanna voor het eerst gebruikt in een parfum: witte amaryllis (foto) verkregen via de head space-techniek. Niet de amaryllis die we kennen als pot- en sierplant. Die heet officieel hippeastrum.
De ‘echte’ witte amaryllis is meer bekend onder andere namen: belladonna lily, Jersey lily, naked lady, amarillo. En in haar oorspronkelijke habitat Zuid-Afrika als March lily (en verwerkt in Dolce). Alleen: hoe ik ook zoek op internet, op geen enkele botanische site wordt melding gemaakt dat deze aan de lelie verwante plant een geur afscheidt.
Het persbericht zegt daarentegen: ‘Groeiende in de regio Fijnbos heeft het een rijke en genereuze geur, terwijl witte amaryllis groeiende op andere plaatsen dat niet doen’. Dat is toch wel heel erg vreemd. Waarom nu juist wel in Fijnbos? Wordt niet toegelicht. Wel weer wat geleerd: de naam amaryllis stamt af van het Grieks: amarysso betekent ‘ik breng licht’.
En nu een kleine correctie: witte amaryllis werd al eerder verwerkt in een geur. In 2004. De bloem was toen ook het ‘geheim’ van Yves Saint Laurents Cinéma (maar rook je ook niet echt). Dolce is een lieflijke geur die de gemiddelde consument niet teleurstelt, maar ook niet verrast. Veilig, ‘cosy’, onuitgesproken. Gezien alle toeters en bellen, had ik meer een statementparfum verwacht, een die in de buurt komt, of eigenlijk liever, zich kan meten met de nichelijn die Dolce & Gabbana sinds 2011 ook voert: Velvet Collection.
Wat mij vooral verbaast: narcis in het hart van een geur, stuurt de compositie: vol, ‘helder-zwoel’ met zoals de naam aangeeft een bijna narcotisch spoor… Ik ruik het niet. Nog verbazingwekkender: welke bloem wordt nu bedoeld met ‘de perfectie van slechts één witte bloem’? Oranjebloesem, narcis of witte amaryllis? Dolce is voor mij een van de meest merkwaardige parfumervaringen van de afgelopen tijd: je hoopt hoopvol iets te ruiken, maar krijgt het niet.
Ook vreemd: op de campagnefoto staat Kate King voor een overdadig bloeiende struik witte bloemen. Geen witte amaryllis, maar eerder een bloem die lijkt op camelia. Of is het de sambacjasmijn genaamd Grand Duke of Tuscany? En dat geldt ook voor de dop.
RUIK&VERGELIJK
Dolce doet me qua idee heel sterk denken aan de geur die als olfactorisch revolutionair werd gepresenteerd, maar uiteindelijk een gewone transparante bloemengeur bleek te zijn:
Estée Lauder Beyond Paradise (2003)