BLOEMETJESREGEN ZO NATUURLIJK ALS DE BLOEMEN OP DE DOP
Jaar van lancering: 2014
Laatst aangepast: 16/02/14
Neus: Frank Voelkl
Concept & realisatie: Marc Jacobs
Nu niet echt populair, maar ooit groeiden en bloeiden ze volop: meisjesnamen genoemd naar bloemen. Het nog steeds kakkineus klinkende en ‘overkoepelende’ Fleur staat op de dertiende plaats in de top 20 van meest populaire namen in Nederland van 2013 (volgens de gegevens van de kinderbijslag). Op nummer een: Tess. Maar Margriet, Iris en Roos zijn in geen velden en wegen te bekennen. En de voor mij allerliefste onder ‘bloemenmeisjes’ – Madelief – is verworden tot een muurbloempje: vergeten en uitgebloeid.
In Amerika doen ze het niet beter. De hoogste bloem in 2012: Lily. Op nummer 16. Camila op 48. Jasmine op 85. Violet op 89. Maar ook hier geen Daisy in de top honderd (www.ourbabynamer.com). Misschien ben ik een supertrut in het diepst van mijn gedachten, maar had ik in 2007 een dochter gekregen, dan had ik haar Daisy genoemd en was alle edities van Marc Jacobs voor haar gaan verzamelen voor later (in plaats van een kist wijn uit het geboortejaar zoals nu in bepaalde kringen een ‘must do’ is). Dus ook Daisy Delight en Daisy Oh So Fresh Delight. Ruikend aan deze twee over-frisse geuren zonder crispy cologne-effect, moet ik denken aan een opmerking van de bekende neus Sophia Grosjman: ‘Neuzen proberen altijd de natuur te imiteren. Maar wat is natuurlijk. God heeft Chanel N°5 (1921) niet geproduceerd. Een parfumeur heeft het gemaakt. Geregeld spray ik een nieuw parfum op dat ik diskwalificeer als te synthetisch, maar ik geloof dat het probleem is dat de meeste geuren die ik probeer gewoonweg niet goed ruiken’.
Waarom? Omdat de neus met deze twee zomergeuren niet als doel had de natuur te imiteren of te benaderen volgens mij, wel twee geuren die een frisse en natuurlijke sensatie oproepen. Want de natuur ruikt in het echt, echt anders – madeliefjes in hun natuurlijke habitat zeker – als ze al ruiken.
Het gaat om het idee: meisjesachtige onschuld vertaald in een geur. Daisy Delight en Daisy Oh So Fresh Delight zijn als verkoelende regens. De eerste valt in het Westen, de tweede in subtropische contreien. Maar ze zijn zo licht van toon met de nadruk op fruitige frisheid dan op een ‘echt parfumgevoel’, dat ze na verloop van tijd nog moeilijk van elkaar zijn te onderscheiden.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Daisy Delight boeit me in eerste instantie omdat in de opening mijn favoriete vrucht zit verwerkt: kweepeer. Maar dan alleen als bloesem: maar het grappige is wel dat, samen met appel, het even een spoor van kweepeergelei weet op te roepen. Dus fruitig, zoet, maar bovenal zurig fris. En dan komen de bloemen om de hoek kijken: ik ruik fresia en pioenroos met een hint van gardenia – geen iris. Maar echt tijd om ze stuk voor stuk te analyseren heeft eigenlijk geen zin, want de frisheid overwint hier alles (ik vermoed cascalone). Ook de basis, want die eindigt zoals zoveel frisse zomergeuren: musky met houtachtige ondertonen (ceder- and sandelhout): prettig en schoongewassen.
In het meer zoetere Daisy Eau So Fresh Delight ruik je zowaar even een zucht van bloedsinaasappel tijdens de start en neemt direct een exotische wendig door tiaré en roze peper (deze ruik ik niet bepaald). Extra zoet gemaakt door framboos en abrikoos. Viooltje en witte thee? Nou nee, of het moet de waterig-friszoete noot zijn. De afronding: hier begeleidt amber de witte musk, maar ook hier: prettig en schoongewassen.
RUIK&VERGELIJK
Marc Jacobs Daisy (2007)
Marc Jacobs Daisy Eau So Fresh (2011)