GERAFFINEERDE PATCHOELI
PASSIE IN DE LICHTSTAD
Wat de geur van pure patchoeli betreft, heb je eigenlijk twee kampen zonder een redelijke middenweg. Of de geur van deze ‘groene bladeren’ (de naam voor patchoeli in Tamil; India is de oorspronkelijke habitat van ‘patchai elle’) bejubel je of doet je walgen. Donker, aards, herfst, sompig, zuur, rokerig met een licht zoete ondertoon nijgend naar chocola.
Ik hoor bij de bejubelaars, maar weet uit ervaring dat het niet makkelijk is om een echt onderscheidende variatie te maken: ben namelijk al een tijdje bezig met een upcycle-versie. Werktitel Patchoeli Patser. Men neme: de veertigjarige jubileumeditie van Reminiscence, een eco-essentiële olie, een vintageversie van Etro en Serge Lutens, een Lorenzo Villoresi, plus bij een drogisterij in Perpignan gekochte naamloze variatie.
Toch ben ik niet tevreden, mijn testpanel idem: bij een vriend en een oude schoolvriendin (beide in hun jeugd verliefd geworden op de patchoeli uit de Indiase toko), zie ik na een paar sprays qua gezichtsexpressie eerst niet zoveel veranderen, daarna wel: van hoopvol gestemd naar teleurstelling. We overwegen een shot van civet en oudh toe te voegen.
Het is ook niet makkelijk, zeg maar ronduit moeilijk een eigen, oorspronkelijke draai aan een puur patchoeliparfum te geven. Wat je ook toevoegt – bloemen, hout, harsen – het verdrinkt vaak in de almachtige patchoeli. Zelfs voor de geoefende neus blijft de algehele impressie ervan toch vaak gewoon patchoeli; niet makkelijk om de extra smaakmakers – bloemen, hout, harsen – te onderscheiden.
Verklaart wellicht de reden waarom luxemerken het niet echt aandurven een puur patchoeliparfum aan hun (neo)nichelijn toe te voegen. Yves Saint Laurent, Dior en Dolce & Gabbana wel. Giorgio Armani en Chanel niet.
Bij Guerlain is het daarentegen de tweede variant. De eerste verscheen in 2020 in de reeks Les Absolus d’Orient. Naam Patchouli Ardent door Thierry Wasser. In mijn herinnering is die smeuïger, voller en gladder en minder eendimensionaal dan de nieuwste Patchouli Paris (onlangs gelanceerd in de L’Art et La Matière-lijn). Inspiratiebron zal wel niet: Parijs. Niet echt origineel, ook niet wanneer je besluit de nachtelijke, donkere kant van de lichtstad te verkennen. Ik denk dan direct, vraag me niet hoe dat komt, aan Celine Dion met haar Paris Nights (2007).
Delphine Jelk geeft er deze draai aan: ‘Een spel van contrasten: een frisse bries langs de blozende en pulserende Seine, de benevelende warmte van patchoeli als evocatie van Parijse nachten’ met in het bijzonder ‘de elegantie van een houtakkoord, dat doet denken aan het interieur van de prachtige Parijse theaters’. Maar ook: ‘De levendigheid van straten die op een feestelijke avond in vuur en vlam staan bruisend van muziek en vrijheid’.
Vraag aan Delphine Jelk: Patchouli Paris in kleur? ‘De rode gloed van de artistieke bruisende Parijse nachten’. Ik denk dan direct Moulin Rouge.
Vooropgesteld: Patchouli Paris houdt bijzonder lang aan. Eigen aan patchoeli trouwens. Uren kun je warm nagenieten (als je je neus naar de plek van aanbrengen brengt), zonder dat de geur eindigt in een kale, cleane finish (kenmerkend voor zoveel geuren, ook in de nichesector).
De opening: een vreemde, onbestemde koelheid met bloemachtige facetten – we houden het op de aldehyden die tegelijkertijd ook iets glanzends oproepen waarmee de patchoeli zijn opwachting maakt. En dan krijg je patchoeli, patchoeli, patchoeli zoals de meeste mensen patchoeli kennen, zonder dat de geur ervan zich echt door ontwikkelt. Warm, licht sensueel, aangenaam. Ik geloof dat de iris voor een zekere stroefheid, ‘stoffigheid’ en droogte zorgt – samen goed voor de elegante houtnoot.
Want dat is Patchouli Paris: elegant. Deze patchoeli ruikt geconfectioneerd, letterlijk geraffineerd, bewerkt (in de zin van ontdaan van zijn ruwe en herfstachtige kant) en daardoor consumentvriendelijker. Dat wordt nog eens versterkt door de afronding: een warm-sensuele melange van vanille, ambergris en musk. Present, maar niet overheersend wel ‘in dienst van’ de patchoeli.
En dat terwijl voor de ware patchoeli passionato, juíst in het nichedepartement, een variatie alle kanten op moet geuren én meuren. Mijn all time favorite blijft die van Reminiscence. Zal voor een gedeelte met sentiment te maken hebben.
Iets anders: jammer dat Guerlain na de zoveelste restyling van L’Art et La Matière besloten heeft over te stappen van 50ml naar 100ml. En de prijs van € 140,00 – betaalde ik ooit per flacon uit de serie – naar € 325,00. Armani Privé deed hetzelfde. Jammer, het weerhoudt wellicht potentieel geïnteresseerden; die nemen vaak hun toevlucht tot decants. Chanel daarentegen bracht, na eerst alleen 200ml-flacons te hebben geleverd met Les Exclusifs, ook een 75ml op de markt. Zo kan het ook.
































