GEEN ‘POEDERDONS-PROZA VAN EEN GEPARFUMEERDE CRYPTO-NICHT’
‘DIVERSITEIT’ KIJKT ANDERS NAAR KLASSIEKE SCHOONHEID
HESPERIDEN-FRISHEID OVERLOPEND IN SENSUEEL HOUTEN FOND
Jaar van lancering: 2019
Laatst aangepast: 18/02/19
Geen zin in poëtisch gemijmer en een artistieke analyse, scrol linea recta door naar de laatste alinea.
Onlangs brak Sylvia Witteman in de Volkskrant een lans voor het ‘heerlijke, tierelantijnige poederdons-proza van die geparfumeerde crypto-nicht van Louis Couperus’. De schrijver. Dit in verband met een ‘hertaling’ van een van zijn bekendste boeken: Van oude mensen de dingen die voorbijgaan (1906). Ben het heel enorm met haar eens. Alleen die titel al… daar kun je wat mee, is nieuwsgierig makend (kijk voor de lol eens op Youtube hoe er ‘Couperiaans’ gepraat/geconserveerd wordt in dit in 1975 tot televisie dramaserie bewerkte boek).
Ik lees minstens een Couperus per jaar met wisselend gemoedseffect. Dan weer denk ik wat een langdradig, aanstellerig Proust-getut, dan weer ga ik helemaal op in zijn wonderlijke, inventieve ‘bon mots’, hoe hij de taal bespeelt en naar zijn hand zet. Zoals hij de wisselingen in tijd en weergesteldheid omschrijft, het is alsof je het ‘ter plekke’ voelt en ruikt.
Wat dat betreft lijkt Serge Lutens wel op hem met zijn ‘literaire’ kijk op geuren. Alleen met dit verschil: Lutens’ taalgebruik is tenenkrommend pathetisch, hol, écht aanstellerig. Maar het levert wel prachtgeuren op. Iets te veel naar mijn smaak die ik, ook weer opvallend, zelden draag, alleen maar af en toe aan ruik.
Bij tijd en wijke bespeur ik in mij een Couperus-neiging, wanneer ik overvallen word door een mooi (natuur)verschijnsel, een opmerkelijk iets, een tegendraadse esthetiek of – steeds zelden – een geur die mij in de war brengt. En geur die ‘gemeend’, geen marketing driven pretentieus parfum is.
Marketing driven is Eros Flame zeker, pretentieus idem (waarover later meer), toch zou Couperus hier wel raad hebben geweten, was hij gevraagd hiervoor het persbericht te schrijven. Want hij had iets, heel veel eigenlijk, met de oudheid, met zijn goden, mythen en sagen. Hij vertoefde er ook graag waarvan onder meer zijn aanbevelenswaardige reisverslag Antiek toerisme (1910) getuigt – mooie naam voor een ‘gemeende’ geur.
Voor de niet-weters onder jullie: Eros is in de Griekse mythologie de god van de liefde, en staat symbool voor het schoonheidsverlangen en wordt gezien als de drijvende kracht achter aantrekking, binding en (blinde) passie voor iets of iemand. In de eerste omschrijvingen kan ik me vinden, maar de laatste kan ik niet meer horen, zien, laat staan schrijven. Nou vooruit voor de laatste keer: passie.
Dit zegt Donatelle Versace over Eros Flame in in het persbericht: ‘De vonk van ware liefde is de droom die ieder van ons nastreeft. Ware liefde legt de ziel, het lichaam en de geest vast en laat je nooit gaan. Het neemt je de adem weg, want zonder je geliefden, voel je je niet langer compleet. Ware liefde verbruikt alles in een eeuwige vlam van passie’. Hier ook weer dat laatste woord hè… Voor de rest: mooi verwoord.
Nu het pretentieuze, want in het (Nederlandse) persbericht staat: ‘Ook de beelden van de campagne raken je recht in je hart, ze moedigen een belangrijke verandering aan in de klassieke waarneming van schoonheid. Het verhaal van Eros wordt herschreven, met een hedendaagse kijk op het thema diversiteit. Het nieuwe beeld van Eros Flame symboliseert een moderne interpretatie van de iconische sculptuur van (Antonio) Canova: Eros en Psyche’.
So far so good, toch even vermeldenswaard dat deze neoclassicistische beeldhouwer in 1787 aan dit meesterwerk begon maar het pas zes later af maakte. Nu te bewonderen in het Louvre (Parijs) en een door hem tweede gemaakte versie in de Hermitage (St Petersburg), toont het Cupido (Amor) nèt nadat hij Psyche (Louis Couperus schreef hier ook een novelle over) heeft wakker gekust.
Maar dan: ‘In de campagne wordt een vrouw, gespeeld door de beeldschone Gigi Hadid, net als in het traditionele kunstwerk omhelst door een man. In deze moderne campagne bevat het verhaal nog steeds een mythologische boodschap; het vertegenwoordigt onverwachte liefde en het blijvende moment van een vluchtige glimp die al tot het verleden behoort’.
Vreemd, vergeten of over het hoofd gezien: niet vermeld wordt dat de man een afro-american is (de diversiteitsfactor) en, nog vreemder, zijn naam niet wordt vermeld. Hier wordt dus de zonet genoemde, nagestreefde ‘herschreven hedendaagse kijk op het thema diversiteit’ niet nageleefd, niet benoemd.
De man die Donatella Versace in mind heeft: ‘Sterk, zelfverzekerd en bovenal gepassioneerd. Een man die vol trots, maar ook kwetsbaar in contact staat met zijn emoties en hunkert naar het gevoel van ware liefde’. En deze wow-man wordt dus verbeeldt door Salamon Diaz.
Moet gezegd: de ‘klassieke oudheid’ krijgt ook hier weer de volle laag met die typische, direct herkenbare Versace-glam-ram-bam-thank-you-mam. Alleen, op de tonen van een van Vivaldi’s Vier Jaargetijden (welke denk je?) ontrolt zich een film die behoorlijk tussen kitsch & kunst zweeft. Vind ik – zie de (zal toch niet gefotoshopte?) tranen. Of zouden Gigi en Salamon zou in hun rollen zijn opgegaan? Categorie: 2.0-versie van het huilende zigeunerkindertje. Maar de Eros-flacon blijft in zijn vuurrode versie overeind. ‘Ende die commerzjel wordt ‘iel erotisch iengesprokun deur die voice-euver’.
WAT EROS FLAME IK EIGENLIJK?
Geurengoeroe waant zich even Couperus in de beschrijving… De volle maan – gehuld in een donzende geluidloosheid – werd gestreeld door een voorbij vliedende kudde zwart beschaduwde schapenwolkjes. Nog even vleide ze zich met de gedachte te kunnen blijven slaap-sluimeren voor de godin van de dageraad haar entrée zou aankondigen.
Daar verscheen ze, Aurore, omringd door een louterende, eclatante parfumsluier georchestreerd door putti en amoretto’s in de Tuin der Hesperiden: citrinegelakte citroen, goudbedauwde mandarijn en cologne-bebitterde oranjebloesem aangevlamd door in zwarte peper en rozemarijn gedrenkte liefdespijlen… al chercherende naar het kloppende hart van deze etherische, verwijlende essence: een guirlande van masculien geranium en feminiene roos gechaperonneerd door duister peperhout… dat zich in het lover van het mysterieuze, lokroepende bos verenigde met aards patchoeli en strak-droog vetiver…
Doordrongen van deze mannelijkheid, waren het velours-vanille en teder-dronken tonkaboon die als sensuele stralen, gelijk een corona, om de avondzon straalden. Zaligmakende, geparfumeerde zachtheid, anticiperend op de beloften die de nacht zou brengen.
Eros Flame is een slim-commerciële geur. De citrusnoten zijn indrukwekkend. Tsunami is overdreven, maar de eerste spray geeft je een waaier aan ‘hesperiden’. De citroen-, mandarijn- en bittere sinaasappel-combi explodeert als het ware in je neus, die net genoeg lang aanhoudt om je hiervan te overtuigen, maar kort genoeg is om de ‘ongeduldige’ koper de rest te geven.
Dus de frisheid wordt geleidelijk aan kruidiger (zwarte peper, rozemarijn), wordt houtiger door ‘peperhout’ (de naam zegt wat het is). Begeleid door een bloemige noot die meer neigt naar geranium dan naar roos. In de basis opgenomen door een combi van hout (patchoeli, vetiver, sandelhout) en de sensuele boodschappers (vanille, tonkaboon). Elegant, maar – begrijpelijk – hapklaar. Ik meen ook een onderstroom van een variatie op synthetisch ambergris te bespeuren maar die wordt niet vermeld.
Eros (2012) geldt inmiddels als een nieuwe klassieker (staat bijvoorbeeld al een paar jaar in de Amerikaanse toptien), ik zeg met Eros Flame: je weet maar nooit.