MOONSTRUCK & PHANTOSMIA
Jaar van lancering: 2014
Laatst aangepast: 16-11-2014
Neus: Michel Almairac
Illustratie op de flacon: Keishin Araki
Wieteke van Zeil in de Volkskrant van gisteren: ‘De neus kan de mens voor de gek houden. Jane Andrews uit Southhampton merkte het toen ze op een lenteochtend een paar plantjes kocht: bij het neerzetten rook ze vuilnis. Modder en rotte eieren, de geur prikte in haar neus. In de supermarkt leek de stank nog in haar kleren te zitten en zelfs bij de dokter in de wachtkamer rook het naar vuilnis. Eenmaal binnen luidde de diagnose: phantosmia, ofwel geurbetrekkingswaan. Andrews, die dit verslag deed in The New York Times, ruikt dingen die er niet zijn’.
Van Zeil haalde haar aan om haar eigen ‘fantoomgeur’-gevoel toe te lichten die ze af en toe ervaart in musea: ze zweert dat ze dingen ruikt die er niet zijn. ‘Hoe beter een schilderij, hoe groter de kans op een aanval van lichte phantosmia’. Volgen een aantal voorbeelden. Zoals bij het zien van een doek van Claude Monet rook ze een, zoals ze het omschrijft, vakantie-in-Frankrijk-geur: ‘Die uitgestrekte velden na het hooien, met van die samengebonden balen die je nu nooit meer ziet omdat er groen plastic omheen zit en het heiige licht’.
Zoals bij het zien van De stier van Paulus Potter. Daar had ze eerst niet zoveel mee, tot ze er onlangs voorstond: ‘Het kwam: het weeïge, melkachtige, een zweem van gras en poep maar dat het niet vies is. De fantoomgeur steeg op de uit de herinnering van verre vakanties in Friesland, hoge modderlaarzen, net geboren kalfjes en mee met de boer op de hooiwagen, en ging niet meer weg’.
Herkenbaar voor mij en vele anderen, en prettig om te lezen. Eindelijk een journalist die niet met hèt clichékoekje uit de parfumgeschiedenis komt om de olfactieve kracht te omschrijven die onzichtbaar liggen opgeslagen in dingen, voorwerpen en wezens: Marcel Proust en ‘zijn’ madeleine.
Ik zelf heb het de laatste tijd met de maan. Als ik haar zie begin ik iets te ruiken: iets melkachtigs, iets warms, nougat met gevuld pistache en hazelnoot, broodpap met kaneel, rozijn en honing. Vooral als het ‘supermaan’ is, wanneer haar elliptische baan het dichtst bij de aarde komt (perigeum) en samenvalt met volle maan. Ik begin nog net niet ‘crying for the moon’, de wolf wordt nog net niet in me wakker.
Even a man who is pure in heart
And says his prayers by night
May become a wolf when the wolfbane blooms
And the autumn moon is bright
Maar overrompelend vind ik het nog steeds. Magie en mysterie – over parfumclichés gesproken – binnen handbereik. Wat ik in mijn hoofd ruik, laat zich bijna niet vatten in parfum. Alhoewel, bovenstaande associaties kun je wel vertalen met ingrediënten. Ik ben vanzelfsprekend niet de enige die gefascineerd is door de maan. Afgaande op het persbericht van Shiseido’s Zen Moon Essence, heeft Japan waarschijnlijk de intiemste band met dit dichtbijzijnste hemellichaan. Met name als ze schijnt in september, dan gaan veel Japanners ‘maankijken’ – tsukimi in het Japans’ omdat de maan dan het toppunt van zuiverheid, schoonheid en helderheid bereikt. Van het tsukimi gaat een enorme troost uit en het inspireerde dichters – waaronder Uryoshi in de achtste eeuw – tot haiku’s:
Schep water op en de maan ligt in je handen
Streel de bloemen en je kleding geurt naar hun parfum
In Japan wordt het maanlicht vaak omschreven als een ‘gouden gloed’. Het schittert niet, maar weet toch te verleiden met haar magnetische kracht die te midden van de nachtelijke schaduwen en silhouetten is als ‘een reis op zoek naar wonderen’.
Shiseido zet nu deze traditie voort, maar vertaalt deze zie-de-maan-schijnt-door-de-bomen-bewondering in een nieuwe Zen-geur die uitnodigt tot het beleven van een nieuw bewustzijn. Met Zen Moon Essence ‘omhels je de schoonheid die je omringt, schoonheid die je niet met je handen maar met je hart moet raken waardoor het maanlicht er kan ontluiken – bloesems stralen in het licht, stralende witte bloemblaadjes bieden zich aan als een geschenk’. En over de flacon: ‘De tere bloemen met parelmoerschittering sieren het oppervlak en lijken het zachte maanlicht in zich op te nemen en vervolgens te verspreiden tot ‘ver buiten de grenzen’ van de flacon. Want om de betekenis van de Japanse volle maan op te roepen en de gouden harmonie die zij schenkt aan de nacht, gebruikte Keishin Araki de traditionele laagjestechniek waardoor de gouden nuances – helder maar niet verblindend – aan diepte en ‘stilte’ winnen’.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Ik denk anders over de ‘gleurgloed’ van de maan dan meester-parfumeur Michel Almairac. Geen lichte gourmandgeur op basis van veel sandelhout hier.
Ook wat bloemen betreft wat maakt hij andere associaties: geen heavy witte lelie en narcis verzacht door lotus en teder verfrist door magnolia (foto). Laatste hij heeft wel geplukt en voegde hierbij helder jasmijn, zoet viooltje en ‘tedere’ tuberoos voor een transparant, stralend boeket voorzien van warme noten in de basis. ‘Troostend’ amber, zwoel patchoeli, sierlijk kasjmierhout, vanille en witte musk. Het effect volgens Almairac: witte bloemen opgelicht door de volle maan, een intense en magnetische melange, een volmaakte vertolking van de maan zoals die in Japan de nacht verlicht’. Hij introduceert dit met een citrusfrisse tinteling – bergamot, peer, ananas en roos – die doordat het verpakt is in roos eerder een zuchtje dan een golf is.
Mooi, elegant en ‘vloeiend’. Alleen is hij wel heel erg braaf, heel erg ‘me too’, heel erg bescheiden in zijn intenties: jasmijn, tuberoos en magnolia bepalen het hart van al zoveel geuren en krijgen niet de sensualiteit die het ‘verdient’. Heeft Almairac wel eens ’s nachts jasmijn geroken in Azië? Ik een aantal keer en viel bijna flauw van de indolen. En tuberoos mag never-nooit-niet bescheiden ruiken, ook in omringd door andere bloemen moet ze zich laten gelden, juist.
Of zou hij Zen Moon Essence gemaakt hebben met de Japanse consument in gedachten? Die is niet zo gek op doordringende melanges naar wordt beweerd. Wat ook de basis verklaart: de houtnoten klinken op papier vol; in werkelijkheid blijkt het tegenovergestelde: bleek hout en witte musk. Maar niet beschenen door de maan.
Jammer dat de oorspronkelijke Zen uit de jaren-60 er niet meer is in Europa. Het zat in een zwarte fles met gouden bloemen motief.