WINNAAR VAN DE ASTIR 2012 IN DE CATEGORIE:
BESTE VROUWENGEUR IN HET LUXE SEGMENT
HET KLEINE ZWARTE JURKJE ALS SYMBOOL WAT GUERLAIN VOOR PARFUM BETEKENT
Jaar van lancering: 2008/2012
Laatst bijgewerkt: 06/02/13
Neus: Delphine Jelk/ Thierry Wasser
Artistic direction: la petite robe noire op de flacon is getekend door Serge Mansau
Illustraties/clip: Kuntzel + Deygas
Muziek: Nancy Sinatra sings her classic
Mijn vraag tijdens de presentatie in Brussel van La Petite Robe Noire, tot voor kort alleen te koop in de Guerlainboetieks en -stands van de betere warenhuizen wereldwijd: ‘Waarom nu in de ketenparfumerie?’ Het antwoord: ‘Vanwege het succes’. Vreemd. Als dat zo is, dan hebben vrouwen blijkbaar hun weg naar deze exclusieve verkooppunten weten te vinden en zullen nieuwe geïnteresseerden dat ook kunnen. Maar waarom dan de formule veranderd? Hierop bleef het antwoord schuldig. Tot dat ik iets verder vroeg.
Wat blijkt? Het gehoopte succes van Idylle (2009), inclusief de talrijke variaties, ondanks de groots opgezette ‘romantische’ campagnes, bleef uit. En, helaas, kun je het als parfumhuis tegenwoordig niet permitteren een seizoen ‘on hold’ te blijven. Zeker niet in de ketenparfumerie. Vandaar de aanpassing, om ‘in sync’ te blijven met de daar heersende smaak. En die is, zoals bekend, minder verfijnd, minder exquis, meer toegankelijk.
Maar toch: je zou eerder van Chanel verwachten een geur te noemen naar een ‘onmisbaar’ item uit de basisgarderobe voor de vrouw waarmee Coco, naast haar pakje, tas en parfum bij het grote publiek bekend is geworden: La Petite Robe Noire. Maar Chanel doet dat niet. Guerlain wel. Waarom? Omdat het zwarte jurkje volgens het parfumhuis ‘absolute stijl uitgedrukt in stof is. Perfect vallend, net boven de knie, heeft het de stijl en allure van haute couture’.
Goed omschreven. Maar dan volgt een cliché – in het eerste persbericht – dat al te vaak bij parfums is gebruikt: ‘De draagster ervan laat een onuitwisbare indruk achter als ze passeert… het zwarte jurkje wordt zo een onmisbare aanwinst’. Om te eindigen met het voor mij onbegrijpelijke ‘die zowel met het schemerlicht, als met de zon van de dageraad speelt. Betoverend van ‘s ochtends tot ‘s avonds, van ‘s avonds tot ’s ochtends. Met het zwarte jurkje is de draagster altijd klaar om aan de volgende dag te beginnen!’ Tja. En dan als uitsmijter: ‘Het zwarte jurkje betekent in de modewereld wat parfum voor Guerlain betekent’.
Er was nogal wat commotie op verschillende parfumblogs. Algemene teneur: hoe durft Guerlain een classic onlosmakelijk verbonden met een ander luxemerk te gebruiken. Ik zeg: in de parfumwereld is het de gewoonste zaak van de wereld om goed naar de concurrent te kijken. Richt een merk zich op de jonge consument, anderen volgen. Geldt ook voor zomervariaties, het herlanceren van klassiekers, het leveren van op maat- en niche-parfums. Het zou trouwens leuk zijn geweest als Chanel had gereageerd door het lenen van hét symbool van Guerlain: de bij. Doet Chanel niet. Niet chic. Chanel reageert, zij het pas dit jaar anders met Coco Noir. Maar niet letterlijk: tussen de regels door wordt er in het persbericht subtiel verwezen naar het zwarte jurkje waarmee zij als geen ander wordt geassocieerd.
Guerlain presenteert de verandering in formule wel weer grappig: ‘Ik ben geboren in een roos twee jaar geleden die met zorg en passie werd gekweekt in het geurlaboratorium van Guerlain aan de Champs-Elysées. Laten we eerlijk zijn: ik heb zo’n geweldig succes dat ik me nu vernieuw om nog verleidelijker te worden en in de parfumerieën over de hele wereld te verschijnen. Ik heb het niet van een vreemde. Het is een familietraditie… Jacques Guerlain bijvoorbeeld testte discreet zijn creaties bij klanten voor hij ze aan een groter aantal bewonderaars aanbood’.
La Petite Robe Noire, zowel de nieuwe als oude versie en La Petite Robe Noire N° 2 (2011) valt voor mij in de categorie hip en trendy met luxetoets, en is een poging van Guerlain in sync te blijven met de jonge consument. Want zowel het jurkje, de presentatie als ‘het materiaal’ waarvan het gemaakt is, is helemaal van deze tijd en wordt zeer gewaardeerd door jonge vrouwen; beetje gourmand, beetje rood fruit, beetje bloemen, beetje sensueel, maar ongedwongen. En dan de nieuwe ‘getekende’ commercial… gaat meer over laarzen dan over het beroemde zwarte jurkje. Of zie ik dat verkeerd?
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Zo omschrijft Guerlain de eerste versie van La Petite Robe Noire: ‘Licht als champagnebelletjes, smeltend en krokant als een amandelkoekje met rozensmaak. Het parfum bruist dankzij de natuurlijke frisse geur van Siciliaanse citroen die zachter wordt door een vleugje amandel en zoethoutaccent’ – denk drop, denk zwart. ‘Een arm vol rozen zorgt voor de elegantie, gerookte thee en patchoeli voor het karakter. En voor een fluweelachtige gewaarwording op de huid een strelend akkoord van musk en vanille’.
In de nieuwe versie voegt Thierry Wasser hier zijn eigen interpretatie van de Guerlinade aan toe: ‘Een stralende roes van tonkaboon, vanille, iris en patchoeli’. Maar eerst waait het zwarte jurkje op met ‘zwarte’ kers, ‘rode vruchten’, amandel en bruisend-fris bergamot. Dan verschijnt de roos (een mix van Bulgaarse en Turkse roos): ‘zacht, heerlijk gekonfijt’. In de basis ook hier weer gerookte thee (lapsang souchong) in een anijsachtige waas die opgaat in de Guerlinade. Eindresultaat: licht, luchtig, praline, zuurtje verpakt in Guerlain-finesse. Zo omschrijft Wasser trouwens zelf de geur:
Let op: Met deze nieuwe versie, verdwijnen tot verdriet van velen, Guerlains twee ‘oude’ petites robes noires.
RUIK & VERGELIJK
Moet je wel zoeken op het internet. En is intenser dan La Petite Robe Noire. Sterker, een echte floriental. Ga maar na, de opening: cyclaam, koriander, gember, jasmijn en abrikoosbloesem. Hart: gardenia, ylang-ylang, pioenroos. Basis: sandelhout, tonkaboon, musk, Japanse pruim.
Avon Little Black Dress (2001)
En wat gourmandfeel betreft – kers, zoethout – doet me de geur ook sterk denken aan:
Lolita Lempicka Lolita Lempicka (1997)