MIRRE, ZOETHOUT, ZWARTE THEE, VANILLE:
EEN NIEUWE KIJK OP EEN ORIENTAALSE GEUR
Jaar van lancering: 2011
Laatst bijgewerkt: 19/01/12
Neus: Pierre Guillaume
Wanneer het winter is, het vriest en je ‘emotioneel- en geurtechnisch’ behoefte hebt aan geur die is als een security blanket waarin je je wilt verbergen, dan is het helemaal comme il faut een ambergeur te pakken. Eerlijk gezegd: beetje boring; ‘iedereen’ doet dat al. Ik zeg: ga een ‘warme’ stap verder en neem eens een mirre-geur. Het merkwaardige: veel mensen denken bij mirre aan wierook (olibanum). Dus kerk, ‘walm, dus ‘streng’ en overrompelend. Klopt niet. Mirre (commiphora) is een ook wierooksoort, alleen zijn parfum heeft een totaal andere uitwerking. Wel een rokerige toets, maar eerder meer ‘balsem’, zacht, melk- en stroopachtig. Bij mij roept het de associatie op met aangebrande melk met een vanillestokje erin.
Pierre Guillaume nam mirre als uitgangspunt voor zijn negende geur in de Huitième Art-serie. Hij zegt: ‘De geschiedenis van mirre is even oud als die van het parfum. De Egyptenaren kenden het sedert 4000 jaar en vormde onderdeel van kyphi, het heilige wierook van de koningen. Warm, ‘geamberd’, balsemachtig en sensueel, Myrrhiad is een oriëntaals parfum dat alle facetten huldigt van dit voorouderlijke hars en dat zich meet met een leerachtige, dierlijke dimensie van een absoluut van zwarte thee gelardeerd met een cocktail van verschillende vanillesoorten en zoethout’.
Het schijnt zo te zijn dat mirre de weg opent naar verbeelding en vrije gedachten, je als het ware in een staat van vervoering brengt. Hier staat dan weer tegenover dat de ‘tranen’ van deze hars ook worden geassocieerd met lijden: toen Jezus aan het kruis werd geslagen gaven zijn ‘fans’ hem volgens overlevering mirre opgelost in wijn: zou de pijn tijdens het ‘hangen’ verzachten. En nadat hij van het kruis was genomen, werd hij met aloë en mirre bedekt. Dat waarschijnlijk ter conservering van zijn lichaam, iets wat de Egyptenaren, zoals bekend, ook al bij de farao’s deden. Wat het laatste betreft: tijdens het openen van het graf van Toetanchamon (1921), werden tussen al ‘pomp and circumstance’-artefacten verzegelde kruiken gevonden die bij opening nog steeds sterk geurende mengsels bevatten van mirre (plus andere harsachtige stoffen en kruiden) ‘vastgehouden’ in dierlijk vet.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Eigenlijk is Myrrhiad de som van mirre (foto), zoethout, zwarte thee en vanille. Laatste is niet zo vreemd: Pierre Guillaume heeft een zwak voor gourmandsensaties. In Myrrhiad presenteert hij die bescheiden. Dit keer geen bonbon-, slagroom- en chocoladesmaken, maar dus zoethout: inderdaad zoet, maar ook een beetje vanille-, hout- en anijsachtig. Een oergeur als het ware. Ruik je direct in overdosis in de opening omringd door allerlei geheimzinnige zoete (vanille)nuances die zich vervolgens duidelijker manifesteren.
Het mooie aan de geur is dat ook het ‘oerse’ en pure karakter van mirre goed bewaard blijft ondanks de toevoeging het ‘moderne’ ingrediënt: zwarte thee. Die ik ervaar ik eerlijk gezegd niet echt of het moet het ‘rokerige gevoel’ zijn, als alternatief voor leer. Het maakt de geur in ieder geval aangenaam droog en stroef. En daar veranderen die diverse vanilles niets aan. Die maken Myrrhiad wel zoet, warm en vol, maar niet kleverig en plakkerig, eerder verbrand. En wat ik met het onlangs beschreven Indochine (2010) ervaar, ervaar ik ook met Myrrhiad: een alternatieve Shalimar (1925) van Guerlain.
RUIK & VERGELIJK
Door een van de drie wijzen (of waren het nu koningen?) als geboortegeschenk gegeven aan ‘de redder van de mensheid’: inderdaad Jezus van Nazareth. Toen niche, nu nog steeds. Te heftig, te vol, te sacraal, te anders voor de gemiddelde parfumconsument.
Serge Lutens La Myrrhe (1995)
Keiko Mecheri Myrrhe & Merveilles (2002)
Annick Goutal Myrrhe Ardente (2007)
Guerlain – L’Art et la Matière – Myrrhe et Délires (2012)