2 JUBILEA, EEN MODEL
EN DE MEEST SENSUELE BLOEM
Jaar van lancering: 2007
Laatst aangepast: 29/07/10
Neus: François Demachy
Model: Victoire
Flaconontwerp: Fernand Guérycolas, Hervé Van der Straeten
In 2007 stond het couturehuis Christian Dior stil bij het feit dat de oprichter 60 jaar geleden de deuren van zijn salon opende aan de avenue Montaigne (Parijs) én dat John Galliano in 1997 werd aangesteld als hoofddesigner. Een passende gelegenheid voor een exclusief parfumtrio: Passage Nº 4, Passage Nº 8 en Passage Nº 9. Alleen te koop in 30 geselecteerde Diorboetieks. Elke geur is opgebouwd rondom een klassiek parfumingrediënt en gegoten in een moderne versie van de beroemde amfoorflacon van Baccarat waarin de eerste twee Diorparfums in 1947 en 1949 waren gehuld: Miss Dior en Diorama.
Christian Dior zelf had een ‘speciale band’ met de amfoor. Voor hem was de vorm de kwintenssens van klassieke charme. Daarnaast kwam de vorm voor Dior overeen met het ultieme vrouwelijke silhouet en paste dus perfect bij zijn revolutionaire en architectonische New Look waarmee hij in 1947 de wereld verbaasde én veroverde. Galliano pakt nu de amfoor weer op – het ontwerp werd gemoderniseerd door de juwelier Hervé Van der Straeten – en combineert voor deze feestelijke gelegenheid de drie geuren met drie modellen waarmee Christian een speciale band had. Voor Passage Nº 9 is dat Victoire.
Haar echte naam was Jeanne (achternaam onbekend). Het merkwaardige: ze had geen typische mannequin-allure. Ze meette ‘slechts’ 1.63. Konden pers en de eerste Dior-klanten, volgens het verhaal, in eerste instantie niet waarderen. Maar Christian geloofde in haar, want ‘ze bracht een hint van Saint-Germain-des-Prés’ in de couturesalon. Uiteindelijk werd Victoire een idool van het huis, zelfs een celebrity – ook wel ‘the Dior bombshell’, ‘queen of the busty look’ en ‘Nouvelle Parisienne’ genoemd.
Galliano ziet haar in 2007 als een ‘voluptueuze en sensuele vrouw met een lichaam gelijk een sculptuur’. Ofwel Gisela Bundchen. Was ze een kleur, dan straalde als ze de meest eeuwige en meest trotse: opaline. Want, ‘welk seizoen het ook is’, deze nuance van wit melkglas reflecteert de moderne Victoire ‘die straalt als een eeuwige zonnegodin’. Was ze een van de zintuigen? Galliano kiest dan voor ‘zicht’ omdat haar ogen diep in die van jou én in de ziel staren: ‘Ze ziet alles en vertelt geen leugens’.
WAT RUIK IK EIGENLIk?
Was deze vrouw een bloem, dan denkt Galliano aan de meest sensuele die bloeit: de tuberoos. Maar dan wel een ‘dazzling’ variant gelegen op een bed van romige houtsoorten. Ofwel: vuurwerk dat schittert in de nacht. Gewoonlijk krijgt een puur tuberoosparfum gezelschap van andere witte bloemen om haar temperamentvolle karakter te temmen, luchtiger en ‘bloemiger’ te maken: oranjebloesem, roos en bijvoorbeeld jasmijn. Of fluweliger, dan gardenia. François Demachy plukte alleen jasmijn. Het effect: Passage Nº 9 komt hierdoor in de buurt van een echt solifleur-parfum. Ook laat Demachy haar ook niet voorafgaan door een frisse wind en voelt hij er weinig voor haar te laten verdrinken in een overdosis aan sensuele ingrediënten. Want de basis is ‘clean’ en ‘sec’: aards patchoeli verankert de tuberoos (foto), en alleen vanille garandeert dat ze een zacht-zoete nasleep krijgt.
RUIK EN VERGELIJK
Tuberoos is toch echt een ‘niche-ding’. En: je moet over hele goede neus beschikken om ze inmiddels blind van elkaar te kunnen onderscheiden. Want het worden er steeds meer.
Robert Piguet Fracas (1949)
L’Artisan Parfumeur Tubéreuse (1978)
Annick Goutal Tubéreuse (1984)
Versace Blonde (1995)
Serge Lutens Tubéreuse Criminelle (1998)
Jean Paul Gaultier Fragile (1998)
Frederic Malle Carnal Flower (2000)
Parfumerie Générale N°17 Tubéreuse Couture (2006)
Estée Lauder Private Collection Tuberose Gardenia (2007)
By Kylian Beyond Love (2007)
Histoire de Parfums Tubéreuse Trilogy (2009)
Prada Infusion Tubéreuse (2010)

