DE DRIE NOBILE-BLOEMENGEUREN LAVEN ZICH AAN HESPERIDE-FRISHEID
Jaar van Lancering: 2013
Laatst aangepast: 27/05/13
Neus: onbekend
Acqua di Parma lanceert de lichtste variant tot nu op zijn drie bloementuingeuren: Iris Nobile (2004) wordt Acqua Nobile Iris, Magnolia Nobile (2009) wordt Acqua Nobile Magnolia, Gelsomino Nobile wordt (2011) Acqua Nobile Gelsomino. Met Profumo uit 2008 (gebaseerd op een parfum uit de jaren dertig van de vorige eeuw) is dit tuintrio duidelijk gericht op de vrouw.
Wat nou typische vrouwelijke en typisch mannelijke geuren zijn, daarover kun je lang doorzagen. En deze indeling is niet door Moeder Natuur bedacht, maar door de industrie om de verkoop van (met name) mannengeuren na de Tweede Oorlog te bevorderen.
Ik vind een pure een heldere jasmijngeur eerder onzijdig, magnolia is zo zacht en teder, en ruik je zo nauwelijks (wordt in de laboratoria nagebootst) en staat in de parfumsymboliek voor breekbaar en teder – twee ‘deugden’ eerder met de vrouw dan met de man geassocieerd.
Dan de iris – decennialang gereserveerd voor vrouwen, maar door de opkomst van de niche-parfumerie (die niet echt aan geslachtsdiscriminatie doet) ook bij mannen doorgedrongen in de ketenparfumerie. Het beste voorbeeld Homme (2005) van Dior. Iris Nobile (een eau de toilette) uit 2004 vind ik ook erg gebruikersneutraal. Sterker, de geur neigt voor mij naar mannelijk.
Acqua Nobile kun je qua sfeer en zomerse lichtheid vergelijken met de Blu Mediterrano-reeks van Acqua di Parma. Het verschil: ze zijn meer gepolijst, hebben een duidelijker parfumcompositie en blijven voor mijn gevoel langer hangen: het trio balanceert tussen een eau de cologne en een eau de toilette. Ik krijg zin om deze Acqua Nobile’s te splashen, maar die mogelijkheid wordt niet geboden. En dat is opvallend: steeds meer colognes ‘moet’ je sprayen. Zoals ook Diors Homme Cologne (2013).
De langgerekte zware en mooi geslepen Acqua Nobile-flacons (inhoud 125 ml) zijn wel sierlijk door hun aangename vintage-uitstraling. Ze zijn ‘geïnspireerd door de schitterende natuur van een aristocratische, Italiaanse tuin. Sprankelende dauwdruppels, knoppen in delicate tinten, geurfonteinen en waterpartijen maken van de Acqua di Parma-tuin een schat van licht en transparantie met heldere lichtplekken. Nieuwe emoties ontluiken in geuren even zuiver als water gemaakt van de zeldzaamste en kostbaarste ingrediënten’.
‘Die verstrengelen zich in een vloeibare en delicate voile – telkens ontstaat een andere, unieke harmonie. De frisheid van het groen en de pittige accenten van citrusvruchten geven een tijdloze schoonheid’. En natuurlijk een spetterende cologne-toets aan de iris, de magnolia en jasmijn zonder dat de specifieke eigenschappen van deze drie hoofdingrediënten verloren gaan.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
De overkoepelende factor van de Acqua Nobile’s: de frisse citrusaanzet die wordt gelinked met een heldere witte muskbasis waar tussen de iris, de magnolia en de jasmijn wiegen. Acqua Nobile Iris is anders dan de eau de toilette-versie. Het verschil: minder zoet door het ontbreken van steranijs en amber.
De hesperide-opening (tekening) van mandarijn, cedraat en grapefruit geven een energieke cologne-opening die associaties oproept met Colonia (1916). In het hart versterkt doordat de iris pallida wordt omringd door een krans van neroli waarin ook viooltjes zitten die de stroef-poederige noten van de iris temperen. Opvallend is de afronding: de witte musk (mooi gemaskeerd door vanille) versterkt het heldere en cleane effect van dit edele water.
Maar zonder dat het plat en ‘schoongewassen’ wordt. Acqua Nobile Magnolia opent net even anders: want naast mandarijn en cedraat ruik je duidelijk de toevoeging van bergamot, citroen en neroli waardoor het geheel wat ‘strakker’ overkomt. Nog meer cologne-effect als het ware.
Je verwacht bijna niet dat de magnolia een dergelijke ‘hesperide-stortregen’ kan verdragen. Het vreemde: er komt een zachte magnolia naar voren waarvan de fragiel-bloemige noten mooi opgaan in een fris-witte bloemenweelde van fresia, jasmijn en lelietje-van-dalen. Ook hier een vanillezoete en witte muskachtige afronding die iets meer staying power krijgt door patchoeli.
Is Acqua Nobile Iris poederig fris (en tegelijkertijd meer aards) en Acqua Nobile Magnolia delicaat fris (en het meest een voile), Acqua Nobile Gelsomino is het meest bloemig-fris, maar dan groen.
De heldere jasmijn uit Calabrië (gezuiverd van indole en dus sensuele noot) drijft rond in een vijver waar een fontein bergamot, citroen en mandarijn op de jasmijn (die volgens mij is aangelengd met ‘waterjasmijn’, ofwel hedione) laat neerdalen die een opvallend pittig accent krijgt door roze bes.
Ook hier versterkt de neroli het frisse aspect van de bloemige sfeer. Witte musk treedt in deze geur het duidelijkst op de voorgrond in de basis, gelukkig zonder al te scherp, zonder al te clean te worden.
RUIK & VERGELIJK
Voor de vaste gebruikers is het een must de drie Acqua Nobile’s te vergelijken met hun originele uitgangspunt.
Acqua di Parma Magnolia Nobile (2009)
Acqua di Parma Gelsomino Nobile (2011)
Acqua di Parma Iris Nobile Sublime (2012)

