SNORREMANS!
L’AUTRE EAU SAUVAGE
Jaar van lancering: 1949
Laatst bijgewerkt: 25/04/12
Neus: Thérèse en Edmond Roudnitska
Ben me ‘mentaal’ aan het voorbereiden op de parfumversie van Diors Eau Sauvage (2012). Vraag me af of het eigenlijk nodig is klassiekers als deze op te waarderen. En wat de maker ervan gevonden zou hebben, had hij nog geleefd: Edmond Roudnitska, volgens velen de grootste neus van de twintigste eeuw.
Ik weet ook wel waarom Dior het doet: om de eau de toilette-versie weer in het bewustzijn te brengen van consumenten die de geur kennen maar misschien niet meer gebruiken – een nieuwe koopprikkel. Ook voor vaste gebruikers. Daarom mag van mij om deze reden ook een parfumversie verschijnen van ‘die andere Eau Sauvage’ die in de reguliere parfumerie allang uit de roulatie is: Moustache van Rochas. Of beter gezegd: uit de gratie is.
Dat heeft te maken met het zwevende beleid van het merk doordat het vaak van eigenaar wisselde waardoor er vanaf eind jaren negentig een stroom aan geuren verschenen die de status van het huis als gerenommeerd Frans parfumhuis – met klassiekers als Femme (1944), Madame (1961), Mystère (1978), Macassar (1983) – steeds verder uitholde. Rochas was natuurlijk niet de enige die zich steeds meer door marketing liet leiden. Andere ‘maisons renommées’ – Dior, Givenchy, Guerlain – hebben in dezelfde periode ook geuren met twijfelachtige allure gelanceerd, maar kwamen op het juiste tijdstip weer tot inzicht. En dat is met Rochas nog niet echt gebeurd, alhoewel vorig jaar een voorzichtig begin werd gemaakt met Muse de Rochas.
Moustache. Spitsvondige naam en gecreëerd in een tijd dat het dragen van een snor in betere kringen nog steeds als chic werd gezien. Je moest het natuurlijk niet overdrijven zoals Salvador Dali of het dragen als herkenningsteken in de obscure wereld van zeeman-, homo- en motorclubkroegen.
Die laatste underground-link heeft de snor in feite de das omgedaan. Terwijl een ander anarchistisch symbool – de tattoo – de laatste jaren juist als spannend en erg fashionable wordt gezien: ziet en ruikt Diesels Only The Brave Tattoo (2012). Maar om als een man een snor te cultiveren wordt nu in feite nog steeds erg fout gezien, ook in modieuze kringen. En vol bebaard gezicht, prima. Solo snor, no way.
Interessant om te lezen is dat het recept niet werd bedacht door Edmond Roudnitska, maar door zijn vrouw Thérèse. Op een van de meest interessante parfumblogs – www.perfumeshrine.blogspot.com – wordt daar in ieder geval melding van gemaakt. Het mooie aan Moustache is dat het een soort een ruwe handtekening is van Roudnitska’s parfumstijl dat hij in de loop der jaren via Eau d’Hermès (1951), Diors L’Eau Fraîche (1953), Eau Sauvage (1966) en Diorella (1973) steeds meer verfijnde. Zijn schrijfwijze: helder, simpel en ‘strak’. Geurtechnisch betekent dat een voorliefde voor ‘gefermenteerd’ fruit, heldere bloemnoten, mosvochtige en bosachtige ondertonen verfijnd door het ‘urine-aroma’ van animale noten: civet, leer, ambergris en bevergeil. Dat laatste schijnen ‘we’ niet meer lekker te vinden. Dus daarom zijn deze ‘geilmakende’ toevoegingen in de nieuwe formules er uit helaas uitgezeefd.
Elegant en verfijnd-humoristisch is de oorspronkelijke presentatie. Duidelijk nog geen massavermaak. Iets wat je tegenwoordig niet meer ziet – zelfs niet in de nichesector. Wel een van de eerste mannengeuren met een uitgebreide groominglijn – wat Estée Lauder ook moge beweren. We zien een man opgebouwd uit geribbeld karton (waarin de geur ook zat verpakt) die met een leren handschoen de flacon (geïnspireerd op de ronde vormen van Femme) oppakt en met monocle aan een onderzoek onderwerpt. In de jaren zestig werd gekozen voor een geribbelde, mannelijker flacon (op internet nog te koop) die midden jare negentig werd vervangen door een wel erg saaie, niet-geraffineerde, gladgestreken standaardflacon (zie onder) waarin alle Rochas-klassiekers voor de man vanaf dat moment zitten. Gelukkig heeft de geur zelf niet veel van zijn oorspronkelijke pittige charme verloren.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Moustache heeft door de droge, kamferachtige en kruidige indruk iets – aangenaams – mannelijk ouderwets in die zin dat het minder luchtig en stralend is dan Eau Sauvage, en nu door nichemerken wel als soort van inspiratiebron wordt genomen.
Wat in de wereld van parfums toen revolutionair was: de overdosis aan limoen (omringd door bergamot) in de opening begeleid door veel ‘strakke’ groenigheid: basilicum en verbena. Vervolgens in het hart een opvallende lavendelnoot omringd door een krans van bloemen vaak gebruikt in chypre-achtige geuren: op de eerste plaats anjer en geranium, op de tweede plaats roos en jasmijn (geen ‘waterjasmijn’ of hedione zoals bij Eau Sauvage). Maar door de kruidig- en houtigheid van het geheel zijn de laatste bloemen moeilijker te onderscheiden.
De afronding geeft Moustache zijn krachtige status: musk, mos en cederhout met een verzachtende bijdrage van honing. Hoewel de compositie is aangepast, ‘schoongepoetst’, houdt de geur wel een zekere dierlijke ondertoon die mij aan civet doet denken.
RUIK & VERGELIJK
Heel voorzichtig verschijnen droog-kruidige geuren voor de man weer – in het nichesegment dan.
Lancôme – Maison Lancôme – Balafre (1967, 2011)
Histoires de Parfum 1828 (2001)
Parfum d’Empire Eau de Gloire (2004)
Etat Libre Orange Je suis un Homme (2006)
Abaci Abaci (2011)

