UNFORGOTTEN AND UNFORGETTABLE;
HET MYSTERIE VAN PARFUM
Jaar van lancering: 1922
Laatst aangepast: 22/12/10
Neus: Ernest Daltroff
Flacon: Félicie Vanpouille
Het is een geliefde vraag van journalisten. Met name aan mensen met een groot zwak voor of actief in de wereld van de schone kunsten: ‘Welke tien boeken en/of cd’s zou u meenemen naar een onbewoond eiland?’ Jammer dat journalisten nooit vragen: ‘Welke tien wijnen zou u inpakken?’ Te weinig diepgravend waarschijnlijk, terwijl ‘een goed glas wijn’ juist de perfecte begeleider is van genieten van literatuur en muziek. Helemaal ondenkbaar: ‘Welke tien parfums?’ Dat parfum meer is dan luchtig genot en – oh cliché – het vermogen heeft herinneringen op te halen, dat gaat ‘serieuze’ journalisten hun pet nog steeds te boven. Ik zou het benauwd krijgen bij deze vraag. Wat ik wel weet: favorieten die je alleen al bij het uitspreken van de naam ruikt – zoals Après L’Ondée van Guerlain (1906), Bandit van Robert Piguet (1944) – laat ik thuis.
Nieuwe klassiekers als En Passant (2000) van Frédéric Malle en Oiro (2006) van Mona di Orio… die gaan direct de koffer in. Verder een leergeur, een sprankelende cologne en een mooie groene geur. Welke? Moeilijk, moeilijk, moeilijk. Deze gaat ook zeker mee: Nuit de Noël. De reden: omdat deze geur voor mij, nog meer dan Chanel N° 5 (1921), het parfumgevoel van de vooroorlogse jaren verbeeldt. Nuit de Noël wordt gepresenteerd als een kunstwerk, waar je van geniet als een kunstwerk. Ingrediënten samengesmolten tot een sensatie – eerst abstract, later ‘herkenbaar’ om tenslotte weer op te gaan in een ondefinieerbare sensatie die je een bijzonder prettig, gelukzalig gevoel geeft. Nu de naam: Nuit de Noël vat de sfeer samen van een perfecte kerstavond.
Ernest Daltroff creëerde het voor zijn geliefde Félicie Vanpouille die ‘dol’ was op de stille en serene sfeer van kerstavond en de geuren die hiermee worden geassocieerd. De kou wordt buitengehouden door een gloedvolle openhaard. Sneeuw kleeft als poeder op de ruiten. Een kerstboom schittert in volle glorie door echte (!) kaarsen die de kamer subtiel verlicht. Smaakvol geklede gasten verzamelen zicht rondom de perfecte aangeklede tafel. Glinsterend kristal, gesteven wit damast, vers gepoetst zilveren bestek, breekbaar wit porselein van het servies… je mag als familielid of gast het nodige op je hart hebben – menig kerstdiner ontaardt in een kijvende familietwist – maar onder de indruk van de sfeer, voel je je betovert, je wilt dit moment ervaren, vasthouden. Die sluimerende ruzie ontploft volgende week wel…
En deze vredige sfeer wil Nuit de Noël oproepen. Daarin is Ernest Daltroff, oprichter van Caron, wonderwel geslaagd. Wil bij jou wat dat betreft de vonk niet overslaan, dan kun je ook zonder deze info genieten van een warm-poederige geur die voor velen in eerste instantie wellicht als te zwaar en dus te ouderwets overkomt. Maar geef de geur kans zijn poederachtige verfijning te verspreiden… voor je het weet ben je bevrijd van je vooroordeel en wordt Nuit de Noël ook voor jou een favoriete vintagegeur die recht heeft op het predikaat ‘grote klassieker’.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Prachtig, maar ‘scherpe’ opening van zonnig ylang-ylang (foto) ondergedompeld in aldehyden die deze ‘bloem der bloemen’ een volle opwaardering geven en – mooi en vertederend – op de achtergrond neem je al een lichte poederige noot waar. Samen zorgen ze toch voor een ‘abstract gevoel’ dat wil zeggen: je ruikt eigenlijk een stemming, geen ingrediënt afzonderlijk.
Die neem je in het hart wel waar: jasmijn en roos omringd door eenzelfde poederige noot. Deze klassieke bloemencombi gaat vervolgens op in de zacht-donkere basis van sandelhout, cederhout, eikenmos, vetiver en amber.
Ik bespeur naast musk ook een licht animale noot (civet), maar dat kan ook de mix van amber, jasmijn en ylang-ylang zijn. Ik geloof dat deze poederige noot een ‘signature’ van Caron is die je ook ruikt in zowel een ander ‘oudje’ – Tabac Blond (1913) als Nocturnes (1981). Het maakt Carongeuren ‘droog’ en niet too obvious sensueel. Wel chic, statig én een beetje nostalgisch.
RUIK & VERGELIJK
Heb het lange tijd ook geloofd: Chanel was de eerste die aldehyden – verkregen uit alcohol en plantenmaterialen – in een parfum verwerkte. En wel in N° 5. Maar hoe meer je je in de materie verdiept, des te duidelijker wordt dat L.T Piver met Rêve d’Or en Caron met Infini (1912) haar zijn voorgegaan. Aldehyden zijn zo geliefd omdat ze door hun musk- en poederachtige basis een extra dimensie aan geuren geven en bepaalde ingrediënten (zoals bloemen) kunnen versterken. Ze geven daarnaast neuzen de kans parfum als een harmonieus en abstract concept te creëren gebaseerd op ‘noten’ niet afkomstig uit de natuur. In de loop der jaren is de formule van N° 5 aangepast. Lichter van toon, minder poederig, geen enkele animale noot meer in de basis. Ruikende aan Nuit de Noël, denk ik dat ‘het best verkochte parfum ooit’ ooit zo moet hebben geroken.
Chanel N° 5 (1921)

