GOEDKOOP IS PER DEFINITIE NIET ALTIJD SLECHT EN VIES
CHIC IS PER DEFINITIE NIET ALTIJD BETER EN MEER VERFIJND
Jaar van lancering: 1969
Laatst bijgewerkt: 29/01/12
Neus: onbekend
Naam en merk hebben ‘alles’ wat eind jaren zestig voor chic en verfijning stond voor een mannengeur uit het middensegment: Ierland, mos en sir. Ierland gold toen nog als één groot natuurgebied zonder uitlaatgassen. Dus puur, ongerept en groen. Mos: het ingrediënt dat dit allemaal weet op te roepen met bos- en mostonen, aarde en gebladerte. Sir: bijna verdwenen, maar toen nog in het wild af en toe te zien, de landedelman die in tweed pak zijn landgoederen inspecteert. En dat was precies het idee van Irisch Moos bedacht door het Duitse Muelhens.
Dit verklaart ook waarom Irisch met sch werd geschreven. Muelhens, een van de oudste parfumhuizen, kwam in 2007 ‘terug’ in Duitse handen toen Mäurer & Wirtz het kocht van Proctor & Gamble. Het merkwaardige aan de geur: ondanks de tsunami aan nieuwe geuren – ook in het goedkope segment – weet de geur zich te handhaven. De reden: als geur Irisch Moos is nog steeds goed.
Interessant en prettig: ik sta hierin niet alleen. Op verscheidene internationale blogs wordt de geur gehuldigd, sterker: bewierookt. Algemene teneur: niche-fans haal je neus niet op voor ordinaire merken, want spotgoedkoop is niet synoniem met vies. Dit schrijft bijvoorbeeld Christophe op www.basenotes.com: ‘For me it’s a true insider tip. I used to buy a lot of expensive fragrance such Knize Ten, Amouage (well, sorry but I like civet), Creed (Orange spice, Tabarome, Bois du Portugal) believing that the price always equal quality (it’s sometimes true) but somehow I always come back to that scent again. It’s very animalic, long lasting, just well balanced, macho with just a little sweetness in it but really not too much, and has a very smooth chemistry reaction on my skin. It’s really a ‘need-to-try’ one. Great thumb up!’
Voor mij gaat de vergelijking met deze nichegeuren net iets te ver. En ik geloof dat de vintage-versie hier dichter bij in de buurt kwam. Want de nieuwe versie is, dat is zeker, aangepast. Al was het alleen doordat het gebruik eikenmos vanwege kans op huidirritatie tot een mininum moet worden beperkt. En in vergelijk met bijvoorbeeld Creed wel erg vlak en eendimensionaal. Maar Irisch Moos heeft nog steeds iets aangenaams, ouderwets mannelijks – en dat heet nu dus vintage.
WAT RUIK IK EIGENLIJK?
Eerste indruk en dat is volgens mij ook de aanpassing: een ‘aldehydenbomb’ gevuld met munt die eenmaal tot rust gekomen vrij baan maakt voor een groen en mosachtig spoor. Het is moeilijk om in de opening bergamot, citroen en sinaasappel te ontwaren in de opening. Lavendel (foto) en geranium niet, die je ruik je goed in het hart omringd door accenten die Irisch Moos ‘stoer groen’ maken: rozemarijn, koriander en ‘groene noten’.
Maar waar het om draait, is de basis van patchoeli, mos en veel cederhout (denk bij het laatste aan potloden die geslepen worden); dat is dus ouderwets stoer. Tonkaboon maakt het geheel zacht-zoeter, maar kan niet voorkomen dat de Irisch Moos hoe langer op de huid een zepig (lijkt wel een stuk zeep gelardeerd met kruiden) en schoongewassen gevoel geeft door de aldehyden die blijven doorwerken tot in de basis. En als je heel, heel, heel diep doorruikt, bespeur je ook een vleugje civet.
RUIK & VERGELIJK
Irisch Moos is spotgoedkoop. En dus zeer crisisbestendig. En wat zul je een nette en ‘crispy’ indruk maken als je hem draagt tijdens je nieuwe sollicitatieronde. Onderstaande geuren doen niet voor Irisch Moos onder:
Visconti di Modrone Acqua di Selva (1949)
Massimo Vidal Pino Silvestre (1955)
Fabergé Brut Classic (1964)
Puig Aqua Brava (1968)

